Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

MVANK0245_0246_9936 - Variant

Een sage (mondeling), 1964

Hoofdtekst

Da ware twee café’s kort tegeneen, da’s hie gebeurd, hie kort bij. Jo na ware ze op gank, na zei ha "ik moet mijn broek eens afdoen, hie is ne neusdoek." Na zie ze do iet afkome, ze gooit ne neusdoek, ze krijgt schrik en loopt de cafe in. Do vertelt ze da geval van da akkoord mee dieje joeng. Ze zit do en na komt do dieje joeng binne mee stukke van dieje neusdoek tusse zijn tan’.

Onderwerp

SINSAG 0823 - Das zerbissene Tuch.    SINSAG 0823 - Das zerbissene Tuch.   

Beschrijving

Een jongen die met zijn vriendin aan het wandelen was, zei onderweg: "Ik moet even een boodschap doen. Mocht er ondertussen iets op je afkomen, gooi dan mijn zakdoek naar het beest". Toen het meisje even later iets zag aankomen, gooide ze de zakdoek en liep verschrikt naar een nabijgelegen café, waar ze vertelde wat ze had meegemaakt. Even later kwam de jongen het café binnen met de vezels van de zakdoek nog tussen zijn tanden.

Bron

M. Vankerkhoven, Leuven, 1964

Commentaar

1.6 Weerwolven
antwerps (grensgebied kempen-hageland)
649
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Veerle    Veerle