Hoofdtekst
Dat was aan gene kant van het kanaal en dat was bij valavond en ik zat daar in de deur. Dat was achter het huis van Polleke Moens. Ik v rijde daar. En toen vlogen daar twee dwaaslichten en ik nam een erwtrijs en ik zei: "Die zal ik eens hebben", en ik sloeg daar zeker een half uur met die erwtrijs, mar ik kon ze niet treffen. Ik stond op den duur vol zweet. Op het laatste scheerden ze weg.
Beschrijving
Een jonge man die zijn vriendin ging opzoeken, zag bij het kanaal twee dwaallichtjes. Daarop nam de man een erwtrijs en sloeg zeker een half uur lang naar de lichtjes. De man slaagde er niet in de dwaallichtjes te treffen. Na een tijdje vlogen de lichtjes weg.
Bron
A. Princen, Leuven, 1965
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
limburgs (tussen hasselt en beringen)
16
memoraat
Een 'erwtrijs' was een tak die werd gebruikt om tussen de erwten te zetten zodat de plantjes langs de tak omhoog zouden groeien.
Naam Locatie in Tekst
Zolder