Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

RCALL0202_0203_13494 - Pater zendt vrouw naar de hel (Izegem)

Een sage (mondeling), 1968

Hoofdtekst

In een missie sprak de poater ne keer over d’helle. Er was veel volk. Recht over de kerke was er een bordeel. Da vromins van doa spotte binst ’t sermoen met hem dat er geen helle was. De poater was gestoeord (kwaad) en zei: “Juliette, morgen goa je zelve zeggen of er een helle is of niet”. ’s Anderendoags was er stif veel volk en muzestille. De poater vroeg woarom dat ’t zoeo stille was. ze zeien: “Juliette is subiet gestorven”. De poater zei ton: “Ge meugt ollemolle meegoan en ze zal zeggen dat er een helle is”. Je gienk noa ’t sterfhus en je las een gebed of twee. Je vroeg an heur: “Juliette, is er een helle?” “Ja’t” zei ze “er is een helle, en ik ben er in”.

Beschrijving

Tijdens de missie sprak de pater over de hel. In het bordeel tegenover de kerk zat een vrouw te spotten met de uitlatingen van de pater over de hel. De pater was geïrriteerd en sprak tot de vrouw: "Morgen ga je zelf zeggen of er een hel bestaat of niet". De volgende dag waren de mensen muisstil. Toen de pater vroeg hoe dat kwam, zeiden de mensen: "Die vrouw uit het bordeel is gestorven. Daarop sprak de pater: "Komen jullie eens allemaal mee". De pater ging samen met de mensen naar het sterfhuis waar de overleden vrouw lag, en zegde enkele gebeden. Daarna vroeg hij: "Vrouw, is er een hel?" Vervolgens weerklonk het antwoord: "Ja, er is een hel, en ik zit er in".

Bron

R. Callens, Leuven, 1968

Commentaar

5. Sagen - Legenden
west-vlaams (tielt en izegem)
446
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Izegem    Izegem