Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WACHT0024_0025_3099 - Terugkomende dode verlost door bedevaart

Een sage (mondeling), 1968

Hoofdtekst

Ja, als die mens stierf en niet bedevaart ging, die kwam terug spoken. En dat dan die oude mensen zegden... maar ik weet niet meer hoe ze... - Och, Martha, hoe kunt ge daar mee lachen. Ja, ene, die heeft dat zelf aan de hand gehad, ja, dat heette al 't een en 'ander, en ze hadden daar 's nachts veel licht gezien. Dat moet een dode zijn die terugkomt. Maar, peet zaliger, ook niet bang voor niks, wor. 'Als er daar soms twee zijn of ik ben alleen', zei hij, 'maar als het me aan tegenkomt, ik vraag wat het verzoekt.' V., hè, die zei vader zaliger altijd: 'Gaat stil er langs door, ge moet dat niet aanspreken.' 'Ik vraag wat het verzoekt en als ik dat kan helpen, dan is die mens toch verlost', zei hij, wor. En dat is hier onder Lutselus geweest. Tja, ge zaagt niks als het model van een mens, maar heel wit, wor. En Bèr zaliger en de oude ... moeder zaliger die waren bijeen. En dan ene van de twee vroeg wat het verzocht, wor. Het zei: 'Ik ben blij, dat ge mij aanspreekt. Daar moet met twee man naar Scherpenheuvel gegaan worden met mij. En ga dan maar bij mijn familie zeggen ik ben verlost, ik hoef nooit niet meer terug te komen, maar eer ik verlost ben, ben ik een arm schaap, een verloren ziel.' Daar Zjang naar die mensen, wor. Dat dat voorgevallen was en dat zij dat gevraagd hadden. Die man was twee jaar dood. Zij geloven het zelf niet, 'maar dat kunnen wij niet geloven.' 'Maar belooft gij ons, dat ge niet gaat', zegden ze, 'dan gaan wij.' Ja, die mens had niet naar Scherpenheuvel kunnen gaan, maar die had dat beloofd en die mens spookte zolang als dat niet gedaan was. En die gingen met hun twee naar Scherpenheuvel.

Onderwerp

SINSAG 0402 - Die versäumte Wallfahrt (Messe, Gabe)    SINSAG 0402 - Die versäumte Wallfahrt (Messe, Gabe)   

Beschrijving

Nadat Bèr gestorven was, moest hij komen spoken. Toen men het spook vroeg wat het wilde, antwoordde de dode Bèr: "Er moeten twee mensen voor mij op bedevaart gaan naar Scherpenheuvel. Ze hadden dat beloofd, maar ze hebben het nooit gedaan. Zolang die belofte niet is nagekomen, ben ik een verloren ziel". Twee familieleden van Bèr zijn dan op bedevaart geweest, waardoor het spook verlost was.

Bron

W. Achten, Leuven, 1971

Commentaar

1.4 Luchtgeesten
midden-limburgs
p
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Bèr    Bèr   

Naam Locatie in Tekst

Diepenbeek    Diepenbeek   

Plaats van Handelen

Scherpenheuvel    Scherpenheuvel