Hoofdtekst
Eén die weynig Latijn [kende] wiert van een ander gequelt en geëxamineert, die hem vraegde: 'Cuius generis est mater.' 'Sou ick dat niet weeten', seyde hij, 'mijne is generis foeminini en de uwe generis communis.'
Beschrijving
Iemand die het Latijn niet zo goed beheerste werd door een ander overhoord: Van welk geslacht is het woord 'mater'? De man antwoordde dat hij het niet wist en voegde eraan toe dat hij van het vrouwelijke geslacht was en dat de ondervrager gemeenslachtig was.
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Naam Overig in Tekst
Latijn   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20