Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

OVER2334

Een mop (boek), derde kwart 17e eeuw

Hoofdtekst

In Engelandt, daer de stapel is van valsche getuygen, quam bij geval een vreemdeling, aen welcken seker Engelschman een part schuldig was. Hij institueerde sijne actie en eyschte van hem eenige duysenden, die hij hem op sulcken tijt soude geleent hebben, daerbij presenterende hetselve te verifiëren met soo en sooveel getuygen. Den ander bij provisie op dese actie in hechtenis geraeckt zijnde, consuleerde met sijn advocaet, die hem vroeg of hij oock yets daervan wist. R. 'Niet in de weerelt, ick heb de karel van mijn leven niet gesien, behalven dat dit de eerste reyse is dat ick in Engeland ben geweest, soodat ick geresolveert ben alles te ontkennen.' R. 'Doet dat altoos niet, daer zijn teveel die tegens u getuygen.' R. 'Wat dan?' R. 'Bekent dat ghij het gelt van hem ontfangen hebt, maer dat ghij het hem op sulcken plaets, maend en daegh hebt wedergegeven en huyrt daer sooveel getuygen toe, dat haer getal d'andere verwint.' Het geschiede oock soo en daermet ontsprong hij den dans.

Beschrijving

Een vreemdeling was voor de eerste keer in Engeland en werd gelijk aangeklaagd omdat hij geleend geld nooit zou hebben terugbetaald. Zijn aanklager had al een aantal valse getuigen opgetrommeld. De man wilde ontkennen dat hij ooit geld had geleend, maar zijn advocaat raadde hem aan om te bekennen en te vertellen dat hij het geld al had terug betaald. Hij moest er dan alleen nog voor zorgen dat hij meer getuigen inhuurde dan zijn aanklager. Zo gebeurde het en hij werd vrijgesproken.

Bron

Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991

Commentaar

Derde kwart zeventiende eeuw

Naam Locatie in Tekst

Engeland    Engeland   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:20