Hoofdtekst
Hieruit zijn de vreemde vertellingen zijner eigenschappen ontstaan, die ons, door het hulsel van bijgeloof, hier niet anders doen zien, dan den dapperen en krijgskundigen ridder der 15de eeuw.
Gelijk een Dr. Faust en Jan van Arkel zoo zoude ook de heer van Bulkestein zich zelven aan den duivel verkocht hebben. De laatste zou, namelijk, eene weddingschap met hem hebben aangegaan, dat hij even spoedig door de Linge, die langs het dorp stroomt, zoude loopen, als de heer Van Tuyll te paard langs denzelven, over den dijk zoude kunnen rijden. Zoo dit door hem volbragt werd, zoude hij, na verloop van eenen bepaalden tijd, in welken hij den ridder met al zijn vermogen moest ten dienste staan, met hem kunnen handelen naar zijn welgevallen. Zoo hij in tegendeel de weddingschap verloor, moest hij den heer van Bulkestein dienstbaar zijn, zoo lang hij leefde, zonder daarvoor eenige belooning te kunnen vorderen. Het eerste gebeurde; de duivel waadde even zoo spoedig door de Linge, als de ridder langs dezelve reed.
Van dat oogenblik af, gingen de dienstjaren van den duivel aan zijne prooi in. De heer Van Tuyll wendde de magt van zijnen bondgenoot voornamelijk aan om overwinningen te behalen in het strijdperk. Daartoe had deze hem geleerd de willigen boomen tot krijgslieden te maken, wanneer hij manschappen noodig had. Zoo had hij eenmaal, in eene verdediging van Deil, op den weg, die over den dijk naar Geldermalschem leidt, alle willigen boomen, die hier links en regts aan den weg stonden, in dappere krijgslieden herschapen en door hen zijne vijanden, niet alleen verdreven, maar bijna allen omgebragt.
Niet zelden zag men hem met zijnen dienaar door de lucht rijden, om zijne vijanden te bespieden of te overvallen.
Zoo hoorde men te Bommel eenmaal des nachts een gerammel aan den haan op den toren en daarna de vreesselijke verwijtingen, welke Joost aan den heer Van Tuyll, die hem zoo onbarmhartig tegen den torenhaan had aangestuwd, deed.
Zoo lang hij de namen zijner krijgsknechten goed in het geheugen hield, verloor nimmer een hunner het leven in eenen veldslag, doch wiens naam zijn geheugen ontging, die vond ontwijfelbaar den dood.
Waar de heer van Bulkestein op zijne vijanden inreed, werd alles ter neder geveld. Terwijl hij met zijne regterhand het lange breede zwaard, met reuzenkracht, rondslingerde, draaide hij met de linker den driehoekigen helm rond, die telkens, uit de vooruitstekende punt, een moordadig schot op den vijand loste.
Zijn schildknaap volgde het voorbeeld van zijnen meester. Hij zocht ook met duivel in aanraking te komen en begeerde met hem in verbond te treden. Toen hij eenmaal, op een’ post gezeten, eenige regels van een geschrift had gelezen, hoorde hij achter zich een gedruisch en omziende bemerkte hij dat de duivel een’ zak tarwe op den grond uitstortte. Daarop bood hij den schildknaap, op dezelfde voorwaarde die zijn heer had aangenomen, aan, al dat koren, korrel voor korrel, zoo snel weder in den zak te rapen, als hij de regels, die hij had gelezen, konde herlezen. De krijgsman nam dien voorslag aan, doch verloor het spel.
Nu diende de duivel beiden en beschermde hen in den strijd tegen alle gevaren, tot dat de tijd van zijne heerschappij over hen was verschenen.
Een gedeelte van het voorstuk van het borstharnas van den heer van Balkestein, dient nog, in eene arbeiderswoning, tot vuurplaat.
Het stuk is van eene verbaazende zwaarte en heeft de dikte van eene pijpesteel; zoo ook de overige deelen van het harnas dezelfde dikte hebben gehad, kan het geheel meer dan 60 ponden gewogen hebben.
Wanneer de heer Van Tuyl uit den oorlog bij zijne gemalin te huis kwam, schudde hij een aantal kogels uit dit harnas in haren schoot en voegde er dan bij: “ziedaar vrouw! nu kunt gij graauwe erwten koken.” –
Hoewel onze verteller niets van dit alles geloofde, verzekerde hij echter een getrouw verhaal gedaan te hebben, van hetgene hij in zijne jeugd menigmaal van den heer van Bulkenstein had hooren verhalen.
Hij hield het ongerijmde in dit verhaal voor leugen en bijgeloof en het overige wonderbare trachtte hij te verklaren uit natuurlijk oorzaken.
Onderwerp
SINSAG 0881 - Der Teufelsvertrag. Mann schliesst einen Vertrag mit dem Teufel, welcher ihm bei seiner Arbeit Hilfe leistet.   
Beschrijving
Ook de schildknaap van de heer Van Tuyll ging een weddenschap aan met de duivel: deze strooide een zak tarwe op de grond en beweerde dat hij net zo snel als de knaap een brief las, de korrels weer stuk voor stuk in de zak kon doen. Ook de knaap verloor. De duivel heeft beide mannen een tijd gediend, tot hij de macht over hen kreeg.
Bron
Motief
D1721.1 - Magic power from devil.   
M211 - Man sells soul to devil.   
G303.22.14 - Devil as helper in battle.   
D431.2 - Transformation: tree to person.   
Naam Overig in Tekst
Wilhelm van Tuyll   
Joost   
Dr. Faust   
Jan van Arkel   
Willem van Tuyll   
Plaats van Handelen
Deil   
Gelderland   
Bulkestein   
Linge   
Geldermalsem   
Bommel   
Bulkenstein   
Geldermalsen   
Zaltbommel   
Kloekenummer in tekst
K078p   
K080p   
K117p