Hoofdtekst
II. De Dollard
Honderden van jaren geleden strekten zich groene weiden en gele korenakkers uit, waar nu het blauwe water van de Dollard blinkt. Daar lag het rijkste en grootste deel van Reiderland; daar woonde een trots en hooghartig volk op vruchtbare grond. Eén stad, Torum, was zo welvarend, dat acht goudsmeden er hun bestaan vonden. In Reiderwolde woonden wel negen stieg vrouwen, en ieder droeg voor de borst een gouden sieraad, zo groot dat er ‘n Grunneger krous (Middeleeuwse vochtmaat) in ging.
Op een tijd kwam er oorlog in het land en de dorpen geraakten in grote vijandschap tegen elkander. Er waren twee partijen; Vetkopers heette de een en Schieringers de andere. Ze benadeelden elkander als twee vijandelike broeders waar ze maar konden, en vernielden de sluis. Toen stroomde ‘t water binnen en overspoelde Reiderland. Daar woonde een hoveling Tidde Winnengha, die zeer rijk aan goed was. De boeren en de gemeenten vorderden van hem, dat hij de dijk herstellen zou. Hij gaf echter ten antwoord: ik wil niet eerder dijken dan dat de vloed een speer hoog over mijn land loopt.
Omdat hij weigerde, werd zijn land buiten de nieuwe dijk gelaten, en hij moest genadebrood eten in het klooster Palmar.
De boeren konden evenwel op den duur de dijk toch niet houden, omdat zij onenig waren en de een handelde als vijand van de ander. Altijd woester braken de golven door de dijk en verwoestten ten slotte al het land. Twee en dertig vlekken en dorpen verdronken in de vloed en daarbij rijke kloosters.
Menige schipper, die bij stil weer over de Dollard vaart, heeft op de bodem van de zee huizen en torens duidelik gezien, en anderen weer hebben op een rustige avond gehoord, dat in de diepte nog de klokken luiden.
Onderwerp
SINSAG 1174 - Kleine Ursache, grosse Wirkung.   
SINSAG 1145 - Die untergegangene Stadt; versinkt wegen des Übermutes der Bewohner.   
Beschrijving
Bron
Motief
J1730 - Absurd ignorance.   
F994 - Object expresses sorrow.   
W167 - Stubbornness.   
N350 - Accidental loss of property.   
F993 - Sunken bell sounds.   
Commentaar
Het is geen wonder dat het bovenstaande verhaal vlak aan het begin staat van de Friesische Sagen, verzameld door Lübbing uit Oldenburg. Evenzeer spreekt het vanzelf, dat verschillende andere overleveringen in dat werk een plaats vonden, die op Groningerland betrekking hebben. Wij noemen: Koning Radboud (blz.22); de heilige Liudger en de blinde Bernlef (31); het Riepster Licht (hier treedt een bron in de plaats van het brandende kromhout; blz.33); Hajo van Fivelgo met de ijzeren vleugel (44); Störtenbeker (66); ’t kanon van Wittewierum (82); de voorspellingen van Jaafke de visser (105); het wonderbeeld van Jesse, 112; veurlopen (159); ’t Schip van Termuten, hier Manningfual genoemd (217); eerdmantjes of ulken en wizzelheksen (222); zeewiefkes (244); kolklegenden (250); dierfabelen (251); de kampvechter (259).
Het is de moeite waard, telkens te vergelijken hoe de overleveringen weer anders overgeleverd en de vertellingen weer anders verteld worden. Deze verhalen lopen van het ene einde van het aloude Friese gebied tot het andere: van het eiland Texel af tot aan de grenzen van Denemarken. (uitgave van Diederichs te Jena. Vergelijk ook met de Groninger Overleveringen van K. ter Laan)
Naam Overig in Tekst
Grunneger   
Middeleeuwse   
Vetkopers   
Schieringers   
Tidde Winnengha   
Palmar   
Naam Locatie in Tekst
Dollard   
Reiderland   
Torum   
Reiderwolde   
Plaats van Handelen
Dollard