Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

ANANSI01 - De Haas, de Olifant en de Walvis

Een sprookje (boek), 20e eeuw

Hoofdtekst

De Haas, de Olifant en de Walvis
Op een dag maakte de haas een wandelingetje over de vlakte. Hij was op zoek naar nieuwe vrienden en botste daarbij op de olifant, die zich uitgebreid tegoed deed aan het sappige groen van de boomtoppen. “Hoi, broertje,” sprak de haas, “mooie dag, niet?”
Maar de olifant vond vriendschap met een haas ver beneden zijn waardigheid: “Laat me met rust, mormel. Ik heb wel iets anders te doen dan mijn tijd te verliezen met een onooglijk dier als jij.”
Zo bruut en gemeen als de olifant was, daar werd de haas even niet goed van. Hij liep naar het strand om de situatie rustig te overdenken. In de verte zag hij mevrouw walvis zwemmen, en hij dacht: Mevrouw walvis staat wijd en zijd bekend als minzame oudere dame, rijk aan wijsheid en ervaring. Misschien weet zij wel raad. Dus riep de haas: “Mevrouw walvis! Mevrouw walvis! Komt u even! Ik zou u een probleem willen voorleggen.”
De walvis hoorde haar naam roepen en zwom naar de kust. Toen ze de haas ontwaarde raakte ze danig uit haar humeur. “Heb jij me geroepen? Denk je dat ik niets te doen heb in de oceaan? Ik word niet graag van mijn bezigheden weggehaald, en al helemaal niet door zo’n sukkel als jij.”
Boosaardig spoot ze een straal water in de lucht en maakte rechtsomkeert.
Ditmaal werd onze vriend de haas niet droevig van zoveel onvriendelijkheid. Integendeel, hij spitste zijn oren, en in zijn ogen kwam een vinnig licht. Hij had een plannetje! Hij riep naar de walvis: “Sukkel? Ik? Jezelf zal je bedoelen. Jij bent wel groot en log en lomp, maar ik ben veel sterker! Ik daag je uit voor een partijtje touwtrekken bij de grote klif. Zwem er maar heen, ik zorg wel voor een touw.”
De walvis proestte het uit van het lachen: “Jij bent niet alleen klein, je bent ook stapelgek. Dat wordt leuk daar bij de klif.”
Ondertussen rende de haas terug naar de olifant: “Je deed zonet behoorlijk grof tegen me, vriendje. Ik zal je een lesje leren, dat heb je wel verdiend. Ik daag je uit voor een partijtje touwtrekken bij de klif.” Het reusachtige lijf van de olifant schudde van het lachen, maar hij nam de uitdaging toch aan.
De haas nam het langste touw dat hij vinden kon. Terwijl hij het rond het middel van de olifant bond, sprak hij: “Ik zal het andere eind nu om mijn eigen leest binden. Als ik ‘start!’ roep, beginnen we te trekken.”
Maar natuurlijk liep hij naar het strand en bond het touw rond de walvis. Hij ging een eindje verderop staan en riep zo hard hij kon: “Start! Trekken maar!”
Dit wordt een fluitje van een cent, dacht de olifant en hij zette zich in beweging. Al gauw bestierf de glimlach op zijn lippen. Die haas was echt wel sterker dan hij gedacht had. Hij trok uit alle macht maar kwam geen stap verder.
Mevrouw walvis deed ondertussen haar best de volle zee in te zwemmen. Ze dacht: dit haasje bezorg ik wel even een nat pak dat hem op zijn sterfbed nog zal heugen. Maar ook zij won geen meter terrein.
De twee reuzen trokken zo hard dat het touw brak. De olifant viel daardoor in een steile vallei, en mevrouw walvis vloog met haar massieve kop tegen de scherpe randen van een koraalrif. De haas verdween discreet van het toneel en stopte de zaak in de doofpot. Maar nooit heeft iemand hem nog grof bejegend.

Onderwerp

AT 0291 - Deceptive Tug-of-war    AT 0291 - Deceptive Tug-of-war   

ATU 0291 - Deceptive Tug-of-war.    ATU 0291 - Deceptive Tug-of-war.   

Beschrijving

Nadat ze onaardig tegen hem zijn geweest, doet de haas alsof hij heel sterk is, en laat hij stiekem de olifant tegen de walvis touwtrekken.

Bron

Kris Berwouts: Afrikaanse dierensprookjes. Rijswijk 2000, p. 51-52

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:20