Man krijgt de raad om zijn kiespijn te verdrijven door met een doodsbeentje tegen zijn wang te wrijven. Als hij een doodsbeentje wil pakken, hoort hij een stem zeggen dat hij er niet één van hem moet pakken.
Een jongeman zag op de terugweg in het duister eens een lijkwagen. Hij stapte eroverheen. Twee weken later is een oude kerel uit de buurt overleden, en kwam de lijkwagen echt voorbij.
Op een nieuw kerkhof lag nog niemand. Op een avond zag een buurtbewonder opeens een witte gedaante op het baarhuis staan, met de armen gespreid. Het leek wel een profeet of een discipel. Later is de verschijning nooit meer gezien.