Jurrie, een diefleider in Amsterdam (zie opmerkingen), neemt een bedelaarster mee om in het rasphuis (zie opmerkingen) te zetten, maar daarbij maakt zijn zo'n kabaal, dat er mensen op af komen. De mensen volgen de man en zijn arrestante en zij doen…
Een bedelaarster bleef maar bij een heer om geld vragen, ook al hield hij vol dat hij geen geld bij zich had. Op het laatst zei hij: "Vrouw, laat mij gaan, ik geloof wel dat u arm bent, waarom gelooft u dan niet dat ik geen geld bij me heb?"
Voor een oude bedelares zijn de kinderen doodsbang, want zij kan ze in honden veranderen. Een andere zou het ook wel willen doen, maar zij kan niet, want zij is een Jodin!
Een bedelaarster vraagt boeren om wat meel. Dat krijgt ze bijna altijd. Maar niemand laat haar in de buurt van hun kleine kinderen, omdat ze die behekst.