Hearke was aan het helpen met mestrijden toen de volle wagen vast raakte in de mestvaalt. De paarden konden de wagen er niet meer uit krijgen. Hearke spande de paarden uit, pakte de leidsels beet en reed zo in zijn eentje de wagen uit het gat.
Ulespiegel valt als baby op de terugweg van de doop uit de luier, ligt op een vonder. Als hij een jaar of 8-9 bij zijn vader achter op het paard zit, zit hij in zijn blote kont, en iedereen moet erom lachen, maar vader schaamt zich. Na de dood van…
Tijl Uilenspiegel moest van de boer zó mest verspreiden, dat de bulten elkaar konden ruiken. Maar Uilenspiegel liet alles op de wagen liggen en reed roepend door het land: "Ruik! Ruik! Ruik!"