Hoofdtekst
Een der legenden, die in den ouden en nieuwen tijd, in oost en west, in noord en zuid, bij beschaafde en onbeschaafde volken, het meest verspreid zijn, is wel die van een man in de maan. Laten wij eerst eens zien, wat van die legende in Nederland en elders al zoo verteld wordt, om daarna haar genealogie na te gaan.
In Groningen verhaalt men, dat, toen een groentenverkooper eens een onwaarheid sprak ten opzichte van zijn koopwaar, er bijvoegende, dat hij met juk en groentenmanden naar de maan mocht varen indien hij geen waarheid gesproken had, hij op staanden voet met al zijn rommel naar de maan werd verplaatst.
In andere streken van Nederland houdt men zich echter meer aan het algemeene verhaal van een man, die den zondag ontheiligde door een takkebos te stelen en toen voor straf in de maan geplaatst werd. Zoo vertelden het mij o.a. een jongetje van 8 jaar uit Utrecht geboortig en een ander ventje van 9 jaar hier uit 's-Gravenhage. Bij de Geldersche boeren pleegde hij den diefstal op Kerstnacht; ook had hij toen een hond bij zich, die volgens hen zeer duidelijk in de maan zichtbaar is.
In 't graafschap Mark vertelt men: Een man wilde stelen, doch de maan scheen en hinderde hem. Toen vervloekte hij de maan en riep: "Wil je weg gaan!" Toen God dat hoorde, liet hij den man de keuze in de zon te verbranden of in de maan te bevriezen. Hij koos het laatste en nu zit hij nog in de maan.
Op andere plaatsen in Duitschland — ook hier en daar in Nederland — is 't een man met een bosje hooi op den rug. Deze persoon had zich op zekeren avond naar een boer begeven om een bosje hooi te vragen. Toornig gaf de boer ten antwoord: "Loop naar de maan, met je hooi!" welke verwensching oogenblikkelijk in vervulling ging en zoo zit hij nog tot den huidigen dag toe daarboven.
Een andere lezing is, dat de man een bosje dorens of zooiets op den rug heeft, doch hoe hij daaraan komt meldt men niet.
Te Salzwedel verhaalt men, dat het een meisje is, dat daarboven in de maan zit te spinnen. De oorzaak is deze: In een dorp uit de buurt, woonde een weduwe met een dochter, de beste spinster uit den omtrek. Zij verdiende daardoor voor zich zelve en haar moeder de kost. Maar het meisje had een gebrek: zij hield veel van een pretje, en dat werd haar ongeluk; want op een Mariafeest (waarop naar het volksgeloof, de ongehoorzame kinderen dadelijk na eene overtreding van het vierde gebod gestraft worden) was zij gaan spinnen en had haar moeder beloofd voor middernacht thuis te zijn. Onderweg naar huis hoorde zij echter, dat ergens muziek gemaakt en gedanst werd; zij bleef daarbij tot verre na middernacht. De moeder werd eerst ongeduldig, toen ongerust en zeide: "Ik wou dat het ongehoorzame kind in de maan zat en daar spinnen moest!" Dadelijk werd deze wensch vervuld en nog heden zit zij in de maan, waar zij de fijne draden spint, die in den herfst op de aarde vallen.
Volgens een andere sage lag op zekeren keer een dronkaard tegen de helling van een heuvel, met zijn hoofd op een takkenbos te slapen, toen de opkomende maan, die juist sikkelvormig was, met de punt van haar benedensten hoorn zoowel in het touw van den takkenbos als in den broekzak van den dronkeman haakte, beiden van den grond lichtte en met zich naar de hoogte nam. De man werd in die hangende positie wakker en vreesde naar omlaag te zullen vallen, waarom hij zich opwerkte, de takkenbos op zijn nek nam en hoopte, als de maan over een uur of wat onderging, er weer bedaard af te stappen. Tot nog toe is hem dit echter niet gelukt en tot afschrik voor alle dronkaards moet hij ten eeuwigen dage in de maan blijven pronken.
Anderen zeggen, dat het de eerste tabaksrooker is, die tot straf door den schoorsteen naar de maan vloog, omdat hij zelf van de menschen schoorsteenen maakte.
Volgens eenige Nederlandsche dichters is de man in de maan niets anders dan het begeerlijke voorwerp, waarnaar jonge meisjes, die geen vrijer hebben, zoozeer verlangen, en dat zij haast wel uit de maan zouden willen wegkijken (aan haar zij natuurlijk).
Volgens Breeroo is het een aardig meisje (Angeniet), dat de hoofden van alle mannen op hol bracht en daarom door Juppiter in de maan geplaatst werd.
Onderwerp
VDK 0777A* - Het mannetje (vrouwtje) in de maan (zon).   
ATU 0751E* - Man in the Moon.   
sinVDK 0777A* - Der Mann im Monde   
Beschrijving
Bron
Motief
A751 - Man in the moon.   
A751.8 - Woman in the moon.   
A751.1 - Man in moon is person thrown or sent there as punishment.   
C631 - Tabu: breaking the sabbath.   
A751.1.4 - Man in moon banished there for stealing bundle of thorns.   
Commentaar
A751. Man in the moon
A751.8. Woman in the moon
A751.1. Man in moon is person thrown or sent there as punishment.
C631. Tabu: breaking the sabbath
A751.1.4. Man in moon banished there for stealing bundle of thorns
Naam Overig in Tekst
Geldersche   
Gelderse   
Kerstnacht   
Mark   
God   
Maria   
Nederlands   
Breeroo   
G.A. Brederode   
Angeniet   
Juppiter   
Van Lennep   
Ter Gouw   
Chinezen   
Hioen-Tschang   
Sanskriet   
Necham   
Chaucer   
Shakespeare   
Plutarchus   
Clemens van Alexandrië   
Sibyl   
Numeri   
Oudheid   
Bijbelverhaal   
Naam Locatie in Tekst
Groningen   
Nederland   
Utrecht   
's-Gravenhage   
Duitschland   
Duitsland   
Salzwedel   
Jupiter   
Indië   
Europa   
Dante   
Kaïn   
Joseph