Een man en vrouw lopen laat op de avond, in het donker en met slecht weer, naar huis. Plots horen ze achter zich veel lawaai. Er vliegt een vurige bal voorbij die stinkt naar brandende pek en zwavel. Het echtpaar kan zich niet verroeren en daarom…
Tijdens een avondwandeling ziet een stel een vreemde vrouw met een zwarte mantel om en een kap op. Ze groeten de vrouw, maar zij groet niet terug. De man trekt de kap van de geheimzinnige vrouw af en zij spat uiteen in een bal vuur en is verdwenen.
Op plaatsen waar mensen vroeger lichtjes zagen branden werden later huizen en barakken gebouwd.
Oma zag witte en rode "vuurballen" langsgaan. Later kwam er een weg waarop auto's met witte koplampen en rode achterlichten voorbijreden. Oma zei verder…