Een man ziet 's avonds een lichtgevende gestalte. Ze heeft een bruidskleed aan en heeft een bruidsboeket in de hand. Bij een herenhuis gaat de deur vanzelf voor haar open en sluit ook weer achter haar. Ook deze verschijningen worden tot de doodsboden…
Het jongste zoontje van een weduwe ziet op een avond een klein, wit mannetje de trap opkomen. Het gebeurt op hetzelfde moment als dat zijn oudere broer, die in het Indische leger zit, overlijdt.
In Sweykhuisen onder Schinnen kwam altijd een klein zwart heertje met een hoge hoed op en zwarte handschoenen aanbellen bij de rector van Sweykhuisen, wanneer er iemand in het dorp ging sterven.