Het vette kalf van een koemelker is zo ziek geworden, dat de veearts aanraadt het te slachten en in de grond te stoppen. De koemelker vindt het zonde zoveel goed vlees verloren te laten gaan en graaft het dier op. Hij laat achtereenvolgens de kat,…
Een koemelker zit tijdens zijn werk verschrikkelijk te vloeken en wenst 'in de maan' te zitten. Zijn wens wordt verhoord: tot vandaag de dag is het mannetje in de maan met juk en emmers zichtbaar.