In een lemen huis in Esselveld (Dworp) hoorde men 's nachts altijd gezang en lawaai. Bij de trap stonden opeens een paar mannenklompen, die even later verdwenen.
Een man woonde tijdens de oorlog in een lemen huisje. De Duitsers beweerden dat het spookte in het huis van die man. De bakstenen vielen er uit de schoorsteen doorheen het dak, hoewel er niets of niemand te zien was. Er vlogen ook altijd brokjes…
In een lemen huisje woonde een man die de hele tijd werd geplaagd. Van de paters had de man een heiligdom gekregen. Sindsdien kon de heks niet meer binnen.
Jongelui in het gehucht Drinkteilen zien een gloeiige voorbij gaan. Eén van hen floot hem na. De gloeiige keerde meteen terug. De mannen vluchtten naar binnen. Op de deur stond een zwarte hand.