De bokkenrijders waren roversbenden die gingen stelen, plunderen en moorden. De rovers hielden zich schuil in de mergelgroeve van Poswick. In Kanne gingen ze niet op rooftocht omdat daar toch niet veel te rapen viel.
In de gangen van de mergelgroeven gingen de mensen tijdens de oorlog schuilen. Op een dag trokken twee jezuïeten de berg in met een lange koord die ze aan een boompje buiten de groeve hadden vastgebonden. Een boer schaapherder maakte de koord…