Een vrouw mag pas hertrouwen als haar man goed en wel begraven is. Na zijn dood gaat ze de vochtige aarde rond zijn graf aanstampen om maar des te sneller te kunnen hertrouwen.
Een vader en een zoon moesten gekookt worden in olie. Voordat ze begonnen te stoken klaagde de zoon over de kou, en toen de ketel warm werd klaagde hij over de hitte. Zijn vader berispte hem over zijn ongeduld.