De alvermannetjes woonden in kelders onder de stadswallen van Bree. Wanneer de alvermannetjes merkten dat ze door iemand bespied werden, dan bliezen ze die persoon een oog uit.
De alvermannetjes kwamen bij de mensen de was doen in ruil voor voedsel. Als de alvermannetjes merkten dat ze bespied werden, zeiden ze: "Buiten brandt een kaars". Daarna bliezen de dwergjes de nieuwsgierige de ogen uit.
De alvermannetjes hebben het oog uitgeblazen van een man die hen door het sleutelgat stond te bespieden. De dwergjes zijn dan uit angst naar een andere plaats getrokken.
Vroeger woonden er in de grachten van Bree alvermannetjes. Wanneer de mensen brood moesten kneden of hun veld moesten bemesten, dan deden de alvermannetjes dat 's nachts voor hen in ruil voor wat voedsel. Toen een nieuwsgierige man op een nacht de…
Toen Rikus V.H. ging stropen, schoot hij tweemaal tevergeefs naar een haas. Bij het derde schot citeerde Rikus het Sint-Jansevangelie. De volgende dag kwam de man een vrouw tegen, die zei: "Zo, kereltje, je hebt mij een oog uitgeschoten! Dat zal ik…
Een man vertelde dat hij de hele nacht was bereden door de kokkemare. Hij had van iemand gehoord dat hij een stopnaald boven zijn bed moest hangen. De maar moest dan door het oog van de naald kruipen om bij haar slachtoffer te geraken. Deze maar was…
Herme W. had een stukje van een paaskaars op zijn geweer gelegd om naar een heksendier te kunnen schieten. De volgende dag lag schele Jen in bed. Ze was een oog kwijt.
Een stroper die op een molen woonde en 's nachts een haas wilde schieten, had per ongeluk naar een zwarte kat geschoten, waardoor het dier een oog kwijt was. De volgende dag kwam op de molen een vrouw langs, die een oog was kwijtgeraakt. Diezelfde…
Een vrouw had een broodkruimel in haar oog gekregen. Omdat het oog ontstoken was, liep de vrouw met een doek op haar gezicht. Een buurvrouw die ervan werd verdacht een toveres te zijn, vroeg wat er aan de hand was en zei: "Als ik het niet kan…
De overgrootvader van de eerste graaf kwam spoken in het kasteel van Boekhout. Om middernacht verscheen er een koets met twee zwarte paarden, die vurige ogen hadden en incarnaties van de duivel waren. In de koets zat het spook van de graaf. Geen…
Een gierige vrouw die op een zomeravond de wacht hield bij haar bonen, hoorde plots voetstappen op de kasseien. De vrouw keek om en zag enkel een paar klompen, die voortstapten. Er was echter geen mens te zien. Toen de klompen dichterbij kwamen,…
Een man die de weerwolf had uitgedaagd, zag een hond met grote ogen verschijnen. Opeens liep het dier naar de weide. De volgende dag was er geen enkel spoor van de weerwolf meer te zien.
De alvermannetjes leefden in moerassige gebieden. Die dwergjes kwamen de was doen bij de mensen in ruil voor enkele spekkoeken. Op een nacht ging een nieuwsgierige man de alvermannetjes van op zijn zolder bespieden. "Zeg", sprak één van de…
De alvermannetjes verscholen zich onder de grond dicht bij het molenveld. 's Nachts deden de alvermannetjes het werk van de mensen. Zo deden ze vaak de was of bemestten ze het veld in ruil voor een kom soep of pap. Op een nacht had een…
De alvermannetjes uit Bree gingen 's avonds de mensen afluisteren. Wanneer ze hoorden dat de mensen de volgende dag het veld moesten bemesten of brood moesten bakken, deden zij 's nachts het werk. Op een nacht zat een nieuwsgierige man de…
Een vrouw die in de stal licht had gezien, ging door het sleutelgat kijken en hoorde: "Blaas dat lampje daar eens uit". Vervolgens blies één van de alvermannetjes de vrouw een oog uit.
Marie van 't Weverke uit Grote-Brogel werd ervan verdacht een heks te zijn. Toen Strooien Bert ging jagen, schoot hij een haas neer. De man ging kijken, maar zag niets. Op zijn weg naar huis kwam Strooien Bert Marie tegen, die maar één oog meer…
Een man beweerde dat de heksen, zowel mannen als vrouwen, 's nachts bijeenkwamen in een afgelegen weide. De heksen dansten daar naakt rond op mooie muziek en bedreven allerlei doodzonden die door de duivel werden geëist. Op de plaats waar de…
Alvermannetjes kwamen 's nachts bij de mensen boter karnen. Toen een nieuwsgierige man de dwergjes door een gat op de zolder zat te bespieden, sprak één van de alvermannetjes: "Blaas dat kaarsje daar eens uit!" De man was zijn oog kwijt.
Een man ging 's nachts de alvermannetjes door een gat op de zolder bespieden. Opeens zei één van de dwergjes: "Daar is nog een lampje aan", waarop een ander de man een oog uitblies.
Toen Felix T. 's avonds naar huis wandelde, kwam hij een kat tegen, die hem de weg versperde. Felix nam een stok en sloeg de kat tegen het oog. De volgende dag droeg de heks Mang een doek over haar oog.