In een van de volksbuurtjes van Maastricht woonde een oude vrouw met haar zoon die schoenmaker werd. De vrouw zou in contact staan met de duivel. Er werd door de schoenmaker nooit gewerkt, behalve in de nacht van vrijdag op zaterdag, dan hoorde men…
Iemand zei dat de oude prinses zo veeleisend over haar linnen was, dat zij vaak zelf garen spon om hen fijn te hebben. Iemand zei hierover dat hij nog nooit had gehoord dat de prinses zelf gesponnen had, maar wel dat ze het op touw had gezet.