Een jongen pocht net zo goed als de duivel over water te kunnen springen. Prompt verschijnt de duivel en springt over de vaart. Aan weerskanten van het water laat de duivel een afdruk van een paardenpoot in het steen achter.
Een arme jongen, zoon van een weduwe, op zoek naar werk hoort een andere jongen een afspraak met een meisje maken. Zij zal hem die nacht met behulp van een draad de weg naar haar kamer wijzen. De arme jongen neemt de plaats van de vrijer in en slaapt…