Als men over iemand wilde praten, dan moest men eerst de dag noemen. Daardoor zou de persoon in kwestie niet weten dat er over hem werd gepraat.
Een vrouw deed al haar kinderen sterven omdat ze daartoe werd gedwongen. Die kinderen waren nochtans zo…
Wie niet wilde dat er een toveres binnenkwam, moest zijn klompen bij de deur zetten. Toveressen hadden zelf ook de gewoonte om hun klompen buiten te laten staan wanneer ze ergens op bezoek waren.
Op een behekste boerderij had men een heiligdom onder de dorpel gestoken. Daarna bleef een vrouw uit de buurt altijd staan bij de slagboom. Het was immers een toveres die niet meer kon binnenkomen.
Een vrouw die niet kon sterven, werd geholpen door de pastoor. De geestelijke zette de toverkracht van de vrouw op zijn hond, die daarop jankend naar huis liep. Toen de pastoor thuiskwam, heeft hij zijn hond doodgeschoten.
In Pepingen woonde vroeger een toveres. Een man raakte altijd klem met zijn kar wanneer hij voorbij het huis van die vrouw reed. Wanneer de vrouw dan naar buiten kwam, kon de man weer moeiteloos voort met de kar.
Een man had pensen gekregen van een toveres die altijd met een zwarte korf rondliep. De man is ziek geworden van dat voedsel. Hij was betoverd.
Er waren zelfs drie kinderen gestorven door de toverij van die vrouw.
Een vrouw over wie men vertelde dat ze een toveres was, had twee knechten en twee meiden. Die toveres kon ervoor zorgen dat men bij de loting in Langemark een goed of een slecht nummer trok. In die periode ging de toveres zes keer per dag rond om de…
Toveressen konden zichzelf in een dier veranderen. Enkele mensen hadden in Dworp een toveres gezien, die op datzelfde ogenblik ook in Kasteelbrakel werd opgemerkt.
Een man die muziek speelde, kwam 's avonds vaak laat naar huis. De man kwam dan omstreeks middernacht vaak een vrouw tegen, over wie men vertelde dat ze een toveres was. Toveressen werden immers gedwongen om 's nachts rond te lopen.
Enkele mensen die op het veld aan het werk waren, zagen driemaal per dag een toveres over een veldweggetje lopen. Wanneer de mensen onkruid en gele bloemen aan het uittrekken waren, zei de toveres: "Het is de vijand die dat daar heeft gezaaid!" en ze…
Als men een verdachte persoon zag lopen, dan moest men zijn voeten in diens voetspoor zetten. Nog geen vijf stappen verder zou die persoon dan achteromkijken en zeggen: "Ik wist niet wie er zo snel achter mij aan liep!"
Vroeger bestonden er veel mensen die konden toveren. Op een dag sprak de pastoor van op zijn preekstoel: "Alle mensen die anderen pijnigen en kwaad doen, zullen in de kerk blijven!" Na afloop van de mis bleven drie of vier vrouwen in het kerkportaal…
Een boer uit Ingooigem die drie koeien had, kon geen boter meer karnen. Op de boerderij kwam altijd een oude vrouw over wie men vertelde dat het een toveres was. De pastoor gaf de boer de volgende raad: "Je moet het botervat eens goed ontsmetten en…
Om zichzelf tegen het kwaad te beschermen, lieten de mensen hun huis wijden en overlezen. De mensen staken ook medailles onder hun drempel om ervoor te zorgen dat toverheksen niet konden binnenkomen. Als men een huis bouwde, legde men ook een…
In Voormezele woonde een vrouw die kon toveren. Op een dag werd in een huis waar die vrouw vaak kwam, een kindje ziek. Nadat men met het kind bij de pastoor was geweest, genas het. Die vrouw kon daarna niet meer binnen in het huis.
In Humbeek woonde een ongetrouwde vrouw over wie men vertelde dat ze een toveres was. Die vrouw woonde op een afgelegen plaats en nam het niet zo nauw met de hygiëne. Ze woonde in een hutje dat vaak onder water stond. De vrouw sliep in een trog…
In Grimbergen woonde een oude vrouw over wie men vertelde dat ze een toveres was. Oude vrouwtjes die klavertjes vier gingen zoeken, werden vroeger vaak verdacht van toverij. Een man die biggen had, zag een toveres voorbijkomen. De toveres keek met…
Een man had van een vrouw een zak snoepjes gekregen voor zijn kinderen. Omdat de man die vrouw niet vertrouwde, gooide hij de snoepjes over de muur van het kerkhof. Hij wilde immers voorkomen dat zijn kinderen betoverd zouden worden.
In Beigem woonde vroeger een vrouw die altijd een regencape droeg. Men geloofde dat die vrouw een toveres was. Als de mensen ongeluk hadden met hun dieren, gaven ze meestal die vrouw de schuld.
Vandaag is het zaterdag, Godsdag. Een toveres kon de tafel doen dansen en de bierglazen op tafel doen bewegen. Ze kon ook bier tappen uit een tafelpoot.