Een man beweerde dat de pastoor de toveressen zelf maakte door kinderen met zijn linkerhand te dopen.
Pastoors konden de mis niet doen als er een toveres in de kerk zat.
In Pepingen woonde een man die altijd in slechte boeken las. Toen die man door het kwaad dreigde te worden overmeesterd, goot hij een zak zaad uit over een houtmijt. De toveressen moesten dan al die zaadjes oprapen.
Een jongen die op een muziekinstrument had geblazen, werd twee of drie dagen later ziek. Op zekere dag kwam er een onbekende vrouw vragen hoe het met het kind ging.
Op een boerderij in Nieuwenrode werden de koeien ziek. De mensen geloofden dat een toveres uit de buurt de dieren had betoverd en gingen naar de paters van Dendermonde. De geestelijken spraken tot de boer: "Wanneer je thuiskomt, zal één koe dood…
In Gistel had een vrouw een kindje betoverd. Een man die ooit voor pater had gestudeerd, sprak tot de ouders van dat kindje: "Over vijf minuten zal de toveres hier opnieuw staan". De toveres was een vrouw die leurde met petroleum. Vlak voordat de…
Een timmerman ging in Zwevegem een boom vellen. De boom wilde niet in de goede richting vallen omdat de wind naar de andere kant waaide. Uiteindelijk kroop de timmerman in de boom, terwijl twee mannen stonden te kijken. Er kwam een vrouw aangelopen,…
Een moeder wiens zoontje op een bepaald uur van de nacht altijd begon te zweten, geloofde dat een vrouw het kind had betoverd. Wanneer de jongen terugkwam van school, werd hij namelijk altijd benaderd door een vrouw die riep: "Ik ga je pakken hoor!…
Een vrouw die alleen in een kamertje sliep, werd iedere nacht door de maar bereden. De zus van de vrouw zei op een dag: "Nu wil ik toch eens weten wie jou komt betoveren". De zus hield de wacht in de kamer, tot ze een getik op het raam hoorde. Daarna…
Een man die naar Neerpoeten (1) ging, zag een duivelskop achter de rug van een vrouw verschijnen. Even later was de duivelskop verdwenen. Wanneer de man op zondag omstreeks elf of twaalf uur naar huis wandelde, zag hij een toveres in de gedaante van…
Een jongen die bij een boer werkte, kreeg gezelschap van een toveres. Die toveres zorgde ervoor dat het werk op het veld in een mum van tijd gedaan was.
ALs men door een toveres was aangeraakt, dan werd men het slachtoffer van toverij. Op een boerderij had een toveres één van de dieren aangeraakt. De volgende dag lag dat dier dood.