Een man die 's avonds illegaal bunzings aan het stropen is, hoort een hond met een rammelende ketting door een heg heen gaan. Hij schrikt hier erg van, want in de verste verte is geen bewoond huis te bekennen.
Kinderen werden vroeger banggemaakt met de Krolleman of de Okkerman. De verteller mocht niet achter de heg bij het slootje komen van zijn moeder, want in het slootje zat de Okkerman. Die trok je in het water en dan verdronk je. Later besefte de…
De verteller bestempelt verhalen over de nachtmerrie als bijgeloof. De vrouw van de verteller zegt dat haar eerste echtgenoot er wel heilig in geloofde. Zij vertelt: er was een vrouw met littekens op haar gezicht. Dan werd er beweerd dat de moeder in…
Een jongen wordt door zijn moeder gewaarschuwd dat hij de deur niet mag opendoen als zij weg is. Wanneer hij op een keer alleen thuis is, wordt er geklopt. Hij doet toch open en ziet een oude vrouw met een zak op haar rug. De vrouw haalt hem over in…
Er bestaat een pad, waar het niet pluis is. Een boer, Uke, is voor niets bang. Op een keer moet hij samen met een knecht een koe naar de boot brengen. Hij gaat via het pad, maar tot drie keer toe wordt de koe over de heg langs het pad getild door…
Een wolf vlucht voor een jager. Hij komt bij een herder aan wie hij vraagt of deze hem niet wil verraden aan de jager. De herder belooft dit. Wanneer de jager komt zegt de herder dat de wolf verder is gegaan, maar hij wijst ondertussen met zijn ogen…
Op de vraag waarom mensen het gat in hun haag niet dichtmaken antwoorden ze dat het niet helpt, want er moeten altijd mensen die niet van deze aarde zijn door heen.