Vrijmetselaars hebben altijd iets wat niet af is aan hun huis. Bijvoorbeeld het uilenbord. Om de zeven jaar moet er iemand sterven. Zij hebben een verbond met de duivel. Ze hebben allemaal een wisseldaalder, zodat ze nooit gebrek aan geld hebben.
Iemand die eenmaal bij de vrijmetselarij zit, kan er niet meer weg. Zij mogen er niets over vertellen. Om de zeven jaar moet er iemand dood. Daar wordt om geloot. Ze verkopen zich aan de duivel en hebben nooit gebrek aan geld.
Van de vrijmetselaars moet er om de zeven jaar iemand dood. Het lot wijst aan wie er aan de beurt is. Vrijmetselaars hebben nooit geldgebrek. 's Avonds hangen ze een lege zak aan de deur, dan zit deze de volgende dag vol goud. Zij hebben een…
Iemand die met de helm geboren is, is kogelvrij. Vrijmetselaars zijn ook kogelvrij. Zij hebben zich aan de duivel verkocht. Zij hebben nooit gebrek aan geld.
Een Friese man werd door de Engelse koning uitgenodigd om diens tuin te komen verzorgen. De man ging ernaartoe. Toen de tuin bijna klaar was, vond hij er een klomp met goud. Hij snelde naar de koning en liet zien wat hij gevonden had. Omdat hij zo…
Vrijmetselaars hebben zich aan de duivel verkocht. Zij hebben nooit gebrek aan geld. Als iemand eenmaal een vrijmetselaar is, kan hij er niet meer weg. Ze hebben een geheim, waar niemand ooit achter komt. Zij moeten ook veel in een doodskist…
Een weerwolf is de jongste van zeven broers. Hij kan nooit genoeg op. Hij eet zomaar twee pond spek, vijf koppen aardappels en een pan met brij. En dan zit hij nog niet vol.
Vrijmetselaars hebben zich aan de duivel verkocht. Als ze het gebouw binnen komen, worden ze eerst geblinddoekt. Zij hebben nooit gebrek aan geld. Ze hoeven maar een klomp voor de deur te zetten, en de volgende dag is deze gevuld.
Een man had nooit gebrek aan geld. Er werd over hem gezegd dat hij zich aan de duivel had verkocht. Hij had een wisseldaalder. Die kon hij uitgeven, maar even later zat hij dan altijd weer in zijn zak.
Een vrouw spreekt met haar gulzige man af dat zij hem een teken zal geven als hij - als ze op visite zijn - moet stoppen met eten. De vrouw zal haar echtgenoot stiekem op zijn voet trappen als hij naar haar mening voldoende heeft gegeten. Als het…
Sommigen die met de helm geboren zijn, zijn kogelvrij. Een schip van een schipper die een helm heeft, vergaat niet. Vrijmetselaars zijn ook kogelvrij. Zij hebben altijd geld, doordat zij een wisseldaalder hebben. Als ze geld nodig hebben, hangen ze…
Vrijmetselaars zijn kogelvrij. Zij hebben zich aan de duivel verkocht. Ze worden geblinddoekt in een gebouw gebracht. Daar worden ze voor een kruis op de muur gezet. Daar moeten ze dan met hun eigen bloed het mes insteken. Als je iets wilt hebben,…
Vrijmetselaars hebben nooit gebrek aan geld. Zij zijn kogelvrij, net als de mensen die met de helm zijn geboren. Zo nu en dan moet een van hen sterven. Als ze bij de vrijmetselarij weg willen, moeten ze sterven. Zij moeten met bloed een contract…
Vrijmetselaars hebben een verbond met de duivel. Zij ondertekenen een contract met hun eigen bloed. Als ze eruit willen, moeten ze weer hun naam met hun eigen bloed zetten. Maar dan gaan ze dood. Ze hebben nooit gebrek aan geld.
Een man at altijd verschrikkelijk veel, hij wist nooit van ophouden. Toen hij en zijn vrouw een keer bij de boer zouden gaan eten, spraken ze af dat zijn vrouw hem een schop onder de tafel zou geven als hij moest stoppen met eten. Toen ze nog maar…
Vrijmetselaars zijn kogelvrij. Zij hebben nooit gebrek aan geld. Maar ze kunnen niet meer bij de partij weg. Om de zoveel jaar moet er iemand dood. En ze moeten het christendom afzweren.
Vrijmetselaars hebben zich aan de duivel verkocht. Zij hangen 's avonds een lege zak aan de deurklink, en de volgende ochtend zit hij vol. Hierdoor hebben ze nooit gebrek aan geld. Om de zoveel jaar moet er iemand dood. Als je eenmaal bij de…
Vrijmetselaars zijn mensen zonder geloof, die zich aan de duivel hebben verkocht. Ze krijgen altijd geld van de duivel, en komen daardoor nooit tekort.