Tijdens een zware storm was de stuurman van een schip overboord gevallen en verdronken. Toen het schip aanmeerde, stond de zoon van de overleden man op het strand te wachten. Niemand van de bemanningsleden had echter de moed de jongen te vertellen…
Een visser die beweerde dat hij nergens bang voor was, moest op een nacht na twaalf uur de wacht houden op het schip. De andere bemanningsleden besloten de dappere visser een poets te bakken. Met een paar kledingstukken die ze ergens aan vastmaakten,…
Een vrouw wilde verhuizen naar Amerika, maar omdat haar zus een kindje zou krijgen, stelde ze haar overtocht twee maanden uit. Anders zou die vrouw verdronken zijn tijdens de ramp met de Titanic. Slechts één man werd toen gered; dat was iemand uit…
De waternekker was er altijd op uit om de mensen te bedriegen. Wanneer de vissers 's nachts moesten uitvaren en de windrichting ongunstig was, hoorden ze de waternekker in de straten roepen: "Wekke, wekke, wekke, ik sta met de wind in mijn nekke".…
De Concordia was een spookschip dat soms ook 'De Vliegende Hollander' werd genoemd. Het was een schip zonder kapitein of bemanningsleden, dat door andere schepen heen voer.
Toen Sluis verging, had de waterduivel geroepen: "Mensen ga naar huis, want Sluis zal vergaan met man en muis!" De mensen die de waarschuwing van de waterduivel in de wind hadden geslagen, zijn verdronken.
In Sint-Joris-ten-Distel lag vroeger een schip dat 'de Barge' heette. Langs de vaart hoedde een Duitse schaper zijn schapen. Wanneer de schipper op zijn fluitje floot, begonnen alle schapen te dansen. Daarop gooide de schaapherder gooide hij zijn…
In Steenkerke was een brug die men omhoog moest hijsen wanneer er een schip voorbijkwam. De vrouw die bij de brug stond, hees de brug omhoog, hoewel ze de pastoor die net aankwam, nog makkelijk eerst had kunnen doorlaten. De vrouw begon te lachen,…
Een man wiens boot aan het zinken was, merkte dat al zijn bemanningsleden al overboord waren gesprongen. Plots hoorde de man een jongen roepen: "Ik ben hier nog!" Daarop sprak de man tot de jongen, terwijl de sloep half vol water stond: "We hebben…
De lavers (1) moesten de wacht houden op het schip en de bemanningsleden roepen om middernacht. Sommige van die jongens beweerden dat ze de waterduivel hadden gezien. Dat was een grote hond die een ketting achter zich aan sleepte. Wie de waterduivel…
De stuurman van een schip dat onderweg was naar Ijsland om kabeljauw te vangen, zag in de buurt van de kleine Britse eilandjes een vissenstaart boven het water. De man klapte in zijn handen, waarna er een vrouw met lange haren boven water kwam. De…
Vroeger woonde in Oostende een man die kapitein was van de Osschaert, een roofschip. Op een dag werd de Osschaert aangevallen door een vloot van zeven Turkse schepen. De kapitein zegde snel een gebedje voor zijn eigen welzijn en sprong in zee…
Een pastoor uit Nieuwpoort Bad was helderziend. Als er bijvoorbeeld een schip met Ijslandvaarders was gezonken, dan kondigde hij dat aan op de preekstoel, hoewel niemand het hem had verteld. Een vrouw die ongerust was over het lot van haar…
Als men krab had gegeten, dan mocht men de schalen nooit in het water gooien vooraleer men ze had verbrijzeld. Men geloofde immers dat de schalen anders zouden veranderen in een boot waarmee een heks 's nachts langs de flanken van het schip zou…
In 1379 of 1479 voeren de Noormannen met hun schepen over de Maas naar Maastricht en Luik. De goederen die ze daar tijdens hun plundertochten ontvreemdden, werden tijdelijk opgeslagen in Elslo. Vervolgens vertrokken ze met hun schepen naar…
Een Duitse schaper was langs de vaart zijn schapen aan het hoeden, toen een schipper van een voorbijvarend schip op zijn fluitje floot. Daarop begonnen de schapen van de schaapherder te dansen. De Duitse schaper trok zijn mantel uit, legde die op de…
Een schipper had altijd ongeluk wanneer hij op zee was. De man zag zwanen op het water, die dichtbij het schip kwamen en maar niet weg wilden. Toen de schipper op een dag zijn visnetten binnenhaalde, zat er maar één tong in. Omdat de vangst veel te…
In Oostende woonde een heks over wie men vertelde dat ze toverboeken bezat. Die heks kwam 's ochtends op de schepen vaak vis kopen. Als ze er geen kreeg, dan verwenste ze de vissers. Op een dag had de heks twee vijgen aan een vrouw uit het dorp…