Een visser ging naar zijn baas met wie hij moest meevaren. Omdat het regenachtig weer was, besloot de baas om pas de volgende ochtend te vertrekken. De man ging terug naar huis door het bos en kwam daar een kalf met een krullende staart tegen, dat…
De waternekker was er altijd op uit om de mensen te bedriegen. Wanneer de vissers 's nachts moesten uitvaren en de windrichting ongunstig was, hoorden ze de waternekker in de straten roepen: "Wekke, wekke, wekke, ik sta met de wind in mijn nekke".…
De Vliegende Hollander moest voor altijd op zijn boot rondvaren op zee. Hij had al zijn manschappen vervloekt, zodat hij alleen overbleef. Mensen dien de Vliegende Hollander hadden gezien, verongelukten.
Jentje G. had van een schipper een toverboekje gekregen. Daardoor kon de familie G. veel meer hout op de kar laden dan anderen konden.
Op een dag ging Jentje met een vriend varen. Toen Jentje zijn vriend in Bergerven voorbijvoer, zei hij:…
Een vrouw die naar de winkel ging, kwam onderweg een heks tegen, die bladeren van een haag trok en zei: "Kijk, dat zijn zeven verschillende bladeren van één haag". Na lang aarzelen nam de vrouw de bladeren aan. Bij haar thuiskomst stelde de vrouw…
Een pastoor die gehaast was en de Leie wilde oversteken, legde zijn hoed op het water, ging erop staan en bereikte zo de overkant zonder dat hij een omweg moest maken.
Een Duitse schaper nodigde een knecht uit om 's avonds met hem mee te gaan naar een verre bestemming. Tijdens de reis moest de knecht altijd hetzelfde zeggen als de schaapherder. Toen het tweetal bij de vaart kwam, zei de Duitse schaper: "Ver…
Tijdens de overstroming in 1880 zouden de bewoners van Itter met een bootje naar Uikhoven zijn gevaren. Daar zouden ze een gat in de dijk hebben gemaakt om het water bij hen te doen zakken.
Tussen de vaart van Wenduine en die van Brugge-Oostende was een kleine waterloop die alleen door binnenvaartuigjes werd bevaren. Op het grondgebied van Zukerke was er een bruggetje dat 'de Zielebrug' werd genoemd. Op een dag was een vrekkige boer,…
Een jonge visser uit Nieuwpoort die op de Noordzee was, sprak tot de kapitein: "Ik zou graag thuis zijn, want het is kermis in Nieuwpoort en mijn vriendin is zeker aan het dansen!" Daarop sprak de kapitein: "Ga in dat kleine bootje zitten, duw je af…
Twee stuurmannen gingen in de herberg bier drinken in plaats van uit te varen met hun schip. Toen de mannen thuiskwamen, vertelden ze aan hun ouders dat ze niet op zee durfden te gaan omdat er een tovenaar met een touwtje stond te draaien.
Alvermannetjes waren kleine mensjes die het werk deden voor de mensen. Op een nacht waren de alvermannetjes van Nederland naar België gekomen. Bij het oversteken van de Maas in Neerharen was hun bootje bijna gezonken.
De kabouters woonden vroeger in de bergen langs de Maas. Met een veerboot moesten de dwergjes de Maas oversteken. Hoewel de veerman maar één persoon zag, was de boot zo zwaar geladen dat hij zonk.
Een visser die zijn ziel aan de duivel had verkocht, durfde nooit alleen de wacht houden omdat er dan kleine bootjes in de buurt van het schip kwamen varen. Op een dag kwam er een boot aangevaren, waarvan de bemanning aan boord van het schip wilde…
Een jonge vrouw verlaat haar ouders omdat ze zo dom zijn (ze zagen de maan weerspiegeld in de waterput voor een kaas aan). Op haar queeste wordt ze geconfronteerd met de duivel voor wie ze een raadsel moet oplossen. Vervolgens belandt ze in een…