Boer ging met hele goede koe naar de markt. Drie kooplui die dat wisten spraken af dat ze de boer er tussen zouden nemen. Ze gingen op weg naar de markt op gelijke afstand van elkaar staan. De eerste koopman zei tegen de boer dat de koe te mager was…
Een buitenlander was voor het eerst in Amsterdam en had veel over een bepaalde dichter gehoord. De man was verwonderd dat iemand zulke mooie 'vaarsen' (verzen) kon maken, waarop een ander zei dat de beste 'vaarse- (jonge koe) maeckers' stieren zijn.