De hellewagen was iets dat zwaaiend door de lucht vloog. Op die wagen werd veel gezongen en lawaai gemaakt. Als de hellewagen door de lucht vloog, dan kwam er altijd kwaad. Om de kinderen bang te maken, zeiden de mensen vaak: "Ik ga je meegeven…
's Avonds mocht men niet in de buurt van een kerkhof komen, want men geloofde dat Kludde met zijn keet daar rond zat. Kludde pakte de kleine kinderen mee, zo vertelde men.
Op een boerderij zag men op een dag een weerwolf die gekleed was in een ezelsvel. Wanneer het donker was, kwam die weerwolf alle kinderen stelen die hij zag. Wanneer de kinderen niet braaf waren, sprak men tot hen: "De weerwolf zal komen!" men…
Vroeger durfden de kinderen niet in de buurt van een gracht of waterput te komen, omdat ze geloofden dat Pietje Haak daarin zat en hen in het water zou proberen te trekken.