Zoek in de Collectie

Trefwoorden: avond, bereiken, duivel, erf, grijpen, hek, huis, kaarten, kaarter, kaartspel, kachel, lange, omlopen, omweg, ophouden, tegenhouden, thuiskomen, toegang, versperren, vreemde, wachten, werpen

Trefwoorden: aanraden, afkomstig, afraden, bang, bank, besluiten, bestaan, bewijzen, binnen, branden, cadeau, canapé, diepte, donker, feest, geld, geschenk, hand, hoofd, huis, huwelijk, kaars, kasteel, kelder, kerel, ketting, kijken, kloppen, knecht, land, meenemen, middernacht, ongeloof, ophouden, opsteken, paard, pistool, prins, reizen, rover, spoken, spook, spookgeschiedenis, springen, stilhouden, trouwen, twaalf, uur, vallen, verraden, vertrekken, vinger, voet, volgen, vrijlaten, wachten, wenken, wit, zinken, zitten, zoeken, zwavel, zwijgen

Trefwoorden: bekollen, betoveren, binnenkomen, bonzen, deur, dichtstoppen, een, gaan, heks, huis, kind, kol, middernacht, naad, onmogelijk, ophouden, slaan, stoppen, twaalf, twee, uur, waken

Trefwoorden: aanhouden, aap, bakker, bochel, boer, boos, boven, brengen, brood, denken, drie, gedrocht, geld, geloven, geven, glas, gleuf, gooien, gracht, grijpen, hannekemaaier, heer, hoed, horloge, horlogemaker, horlogewinkel, huis, jongeheer, kamer, kijken, kikker, kleermaker, komen, kosten, kwaken, leegschudden, mensen, neerleggen, nemen, ongeloof, ophouden, oppakken, poepen, rabaraber, ranselen, rijksdaalder, seizoenarbeider, staart, stelen, stok, tabak, tabaksdoos, tabakswinkel, tafel, tikken, toonbank, uitnodigen, vergeten, vragen, vullen, wijn, winkelier, wonen, zak, zeggen, zien, zitten

Trefwoorden: afbraak, arme, bang, begrijpen, behoren, binnengaan, buurt, delen, deur, dorpswinkel, doven, gedaante, geld, gooien, hand, huis, kist, kopen, kruiwagen, lantaarn, nacht, ontdekken, onzichtbare, openen, opensmijten, ophouden, pan, plank, pot, rammelen, rinkelen, slopen, spoken, timmerman, turf, vluchten, winkelier, witte, zweven

Trefwoorden: afspreken, avond, bezoek, eten, genoeg, hond, honger, hongerig, huis, man, ophouden, teken, trappen, voelen, voet, vrouw

Trefwoorden: arbeiders, bang, bidden, breken, buidel, geld, hard, hooitijd, huis, ophouden, overboord, poepen, reis, storm, touw, vallen, varen, zee, zwaaien

Trefwoorden: brand, doven, geestelijke, huis, ophouden, pastoor, stoppen

Trefwoorden: aanwenden, avond, bed, bemoeien, blijken, duidelijk, getuigen, honderden, huis, ingooien, jaar, kunst, lucht, meisje, mensen, onschuldig, ophouden, personen, politie, ruiten, stenen, tevergeefs, toverij, verdenken, verschillende, vijftien, vleet, vliegen, weten, wraaknemen, zwarte

Trefwoorden: aanrijden, afbreken, benadelen, bevinden, bewonen, bewoner, bliksemsnel, dood, gebouw, gemeente, handelwijze, hel, horen, huis, kerkhof, koetspoort, kruis, leggen, losbreken, onder, onzichtbaar, ophouden, predikantswoning, richting, rijden, rossen, secretaris, slinkse, spokerij, spookwagen, staan, stal, stenen, stoep, verontrusten, verschijning, vertonen, zolder

Trefwoorden: aanraden, appelboom, begraven, bepaalde, bestekbak, bijbel, broer, dansen, deugen, dominee, dood, draaien, gaan, gedraaid, herbegraven, hinderen, huis, kerkhof, kind, kopje, lawaai, leggen, lepel, lijk, man, mensen, moord, nacht, naloop, ochtend, onrustig, openslaan, opgraven, ophouden, ratelen, rust, schotel, sleutel, spoken, spook, tafel, tekst, theeblik, uitzoeken, vermoorden, vertellen, volgende, vork, wijzen, wonen

Trefwoorden: aantasten, angst, arm, avond, been, bewijzen, bezoek, bidden, buiten, buurten, dankbaarheid, dichter, gebieden, genade, genezen, grijpen, heks, helpen, hout, huilbui, huis, kamer, kind, komen, krans, kussen, man, middernacht, moeder, nacht, nalaten, openscheuren, ophouden, oude, proberen, raam, rok, schelen, schreeuwen, schuiven, slaan, smeken, stoken, toestemmen, twaalf, uitbarsten, uithalen, uur, veren, verenkrans, verlossen, vertrekken, vlamvatten, vragen, vrouw, vuur, werpen, wieg, wild, wonen, ziek, ziekte

Trefwoorden: aankijken, aankleden, baard, begraven, beladen, dak, dolen, doordringend, dwalen, fluiten, gebeente, geest, geloof, geraamte, graven, hond, hoofd, huis, juffer, kamer, kasteel, kerkhof, ketting, kop, kuil, laken, lopen, man, middernacht, nacht, nachtmis, ophouden, paard, protestantse, rammelen, rondzwerven, scheren, schoolplein, schrik, spoken, spook, sterven, tuin, twaalf, uur, verdwijnen, vermoorden, verschijning, vinden, volgen, vrouw, waarnemen, waken, wenken, wit, witte, zien

Trefwoorden: afleggen, armoedig, bedrukt, beladen, bestaan, bevrijd, blij, bloed, boer, bos, bospad, brengen, buik, dier, dragen, drukken, geven, gewicht, grond, haar, haard, heelhuids, heideplag, hevig, horen, hout, huis, ijspegel, jacht, jachtbuit, kar, kasteel, kwijtraken, last, leiden, leven, licht, lood, lopen, loslaten, losrukken, lucht, manen, meisje, moeder, morgen, mulle, nacht, neerlaten, neerstrijken, nek, nemen, nodig, omkeren, ondergaan, ongerust, onmogelijk, ophouden, opkomen, paard, pad, plaaggeest, proberen, reis, ridder, schieten, schoen, schok, schouder, smeken, spatten, sporen, springen, sprokkelen, sprokkelhout, stap, stemming, stilstaan, stokstijf, strompelen, tegenkomen, terugzien, teugel, thuiskomen, tillen, uithalen, uitleggen, vastgenageld, vasthouden, vergeefs, verroeren, vervolgen, verzetten, vlees, vliegen, vluchten, vriezen, vrouw, wachten, weg, wegzakken, wonen, zadel, zand, ziek, zitten, zon, zwaarder, zweep

Trefwoorden: dicht, doden, duivelbanner, heks, huis, lawaai, ophouden, raam, ruit, toveren, toverij, wonderdokter

Trefwoorden: afkeer, alleen, bijtijds, boer, deur, dicht, duivel, halen, harder, hekel, horen stem, huis, kaarten, kaartspelen, laat, later, lichte, maan, meerijden, merken, onderbinden, ophouden, overhalen, pandoeren, rondje, schaatsen, springen, thuis, thuiskomen, wal, zeggen, zweren

Trefwoorden: achterna, beddeplank, begin, beginnen, branden, gebeuren, heks, huis, kikker, kol, komen, kunst, kwaken, lawaai, licht, mopperen, muis, ochtend, omen, ongeluk, ophouden, precies, schemerdonker, secuur, stampen, strontkar, toveren, toverij, vallen, veronderstellen, vlieg, vliegen, vloer, vogel, voorloop, voorteken, waarzegster, weggaan, wegvliegen, weten, wijgen, zeggen, ziek, zitten, zorgen, zwarte

Trefwoorden: duivel, geluid, gezicht, gillen, heks, huis, naam, noemen, ophouden, optreden, spokerij, spook, spookhuis, verbranden, vermoeden, vrees, vuur

Trefwoorden: bed, blazen, dichtdoen, eten, genoeg, hals, hond, honger, huis, lui, man, oog, ophouden, slapen, steenkoud, tegenstaan, trappen, vinden, voet, vreter, vrouw, wijf, wind, zoeken

Trefwoorden: afspreken, beetje, bezoek, denken, eten, eter, fatsoen, hond, houden, huis, kleine, lekker, man, neerleggen, ophouden, pakken, smaken, stootje, stoten, tafel, trappen, uitleg, veel, voelen, voet, vork, vrouw

Trefwoorden: aanzien, afluisteren, afspraak, afspreken, angst, bang, bed, belofte, beloven, beschaamd, besluiten, bezoek, bezoeken, billen, blazen, bloot, boom, boos, broek, denken, deur, eten, fatsoen, fatsoenlijk, geld, genoeg, gereed, gesprekken, gezicht, gooien, groot, gulzig, gulzigheid, heet, hemels, hitte, hond, honger, hongerig, huis, klimmen, kwaad, lepel, letterlijk, man, meenemen, merken, misverstand, mosterd, onderweg, onfatsoenlijk, ontlasting, ophouden, opletten, oppassen, overnacht, pap, plassen, poep, poepen, rijk, rijkdom, rover, rovers, roversbende, schaamte, schamen, slapen, stel, stoppen, stuiten, teken, tellen, trappen, vastmaken, vertrekken, verzekeren, vluchten, voet, voldoende, vrienden, vrouw, warm, water, wind, woede

Trefwoorden: geld, geven, hand, huis, kachel, klomp, koken, laars, leeg, man, melk, nemen, omhoog, ophouden, oprakelen, opvangen, overkoken, pan, pot, prijs, pruttelen, regenen, rijst, rijstebrij, verbazing, verkopen, vloer, vol, vuur, zien

Trefwoorden: arm, bidden, binnen, buiten, buurt, gordijn, heks, huis, kruipen, kwast, lopen, man, muur, omhoog, ontheksen, ophouden, pastoor, plafond, schilderijlijst, sleutelgat, staan, uithalen, vallen, waarschuwen, wijwater, wonen, zegenen, zeggen, zitten, zoldering

Trefwoorden: afdoen, angst, berokkenen, bezig, brandende, buren, doen, dragen, heg, heide, heideplaggen, huis, kwaad, lederen, leren, lichaam, macht, man, onheil, ophouden, oven, riem, springen, steken, tegenhouden, terugkomen, toebrengen, turf, uithalen, verbranden, veroorzaken, verstoppen, vertrekken, weerwolf, werpen, weten, zijn, zoeken, zonder