Een man ging 's avonds samen met een zekere H. op frettenjacht. Toen er een fret in een boom was gekropen, begonnen de honden plots te blaffen. De man kroop in de boom en probeerde de fret met een stok te raken. Daarop riep het dier in het…
Een vrouw zag iedere avond een doodskaars op het hondenhok zitten. De hond blafte en durfde de kaars geen kwaad te doen. Sinds het bestaan van het Sint-Jansevangelie is er veel minder spokerij.
Er kwam een einde aan de toverij sinds men in de kerk het Sint-Jansevangelie las. Waterduivels waren honden met een ketting aan hun nek. Duitse schapers waren geleerde mensen die over bijzondere krachten beschikten.
Vroeger las de pastoor aan het einde van de mis het Sint-Jansevangelie om de mensen tegen heksen te beschermen. Wie dat evangelie uit het hoofd kende, kon immers nooit het slachtoffer worden van een heks.
De pastoors konden even goed toveren als alle andere tovenaars. Pastoors werden immers vaak gevraagd iemand te overlezen aan de hand van boeken. De geestelijken gebruikten daarvoor meestal het Sint-Jansevangelie.
De pastoor van Esen had een keer met een list boeken gevraagd van mensen van wie hij vermoedde dat ze konden toveren. De geestelijke heeft die boeken echter niet meer teruggegeven, waardoor die mensen hun toverkracht kwijt waren. Sinds men na afloop…
Op een boerderij in Izegem gaven de koeien geen melk meer. 's Nachts liep er altijd een dier rond, dat op een kat leek. De pastoor beweerde dat het ongeluk werd veroorzaakt door een dier dat in een put in de weide zat. Daarom ging de geestelijke…
Vroeger las men aan het einde van de mis het Sint-Jansevangelie. Als de pastoor na afloop van de eucharistieviering zijn kerkboek open had laten liggen, dan konden de toveressen de kerk niet verlaten.
Twee vrouwen stonden te praten, toen er plots een hevige storm opstak. Daarop sprak de ene vrouw tot de andere: "Je moet niet bang zijn. We zullen het Sint-Jansevangelie bidden". Het volgende ogenblik kwam er een kat voorbij, die wel een bol vuur…
Op een boerderij gebeurden vreemde dingen. Het kindje dat in zijn wieg lag, werd 's nachts door een vreemde kracht geduwd. Men hoorde de aalpomp werken en de koeien aan hun kettingen trekken. Wanneer men ging kijken, was er vreemd genoeg niets te…
Omdat men bij de familie V. geen boter kon maken, liet men Vranken komen. Vranken las iets voor uit het evangelie en kroop daarna op zijn blote knieën de trap op. Het volgende ogenblik was de heks verdwenen.
Wie 's nachts door de maar werd bereden, lag stokstijf in zijn bed, was helemaal bezweet en kon geen woord uitbrengen. Sinds het bestaan van het Sint-Jansevangelie werden mensen niet meer door de maar bereden.
Op een dag hadden de paters het evangelie open laten liggen op het altaar. Na afloop van de mis waren er wel twaalf mensen die niet naar buiten konden.