Zoek in de Collectie

Trefwoorden: besparen, bezuinigen, boerderij, boot, deur, draagstok, hooiberg, hooien, hooivork, knecht, koe, maquette, paard, stal, stolpboerderij, transportband, zolder

Trefwoorden: aanraden, afkomstig, afraden, bang, bank, besluiten, bestaan, bewijzen, binnen, branden, cadeau, canapé, diepte, donker, feest, geld, geschenk, hand, hoofd, huis, huwelijk, kaars, kasteel, kelder, kerel, ketting, kijken, kloppen, knecht, land, meenemen, middernacht, ongeloof, ophouden, opsteken, paard, pistool, prins, reizen, rover, spoken, spook, spookgeschiedenis, springen, stilhouden, trouwen, twaalf, uur, vallen, verraden, vertrekken, vinger, voet, volgen, vrijlaten, wachten, wenken, wit, zinken, zitten, zoeken, zwavel, zwijgen

Trefwoorden: aannemen, baard, bedriegen, bemoeien, binnengaan, blijven, boer, brand, brandsteken, brutaal, buiten, burgemeester, deur, drie, erf, geld, genade, geven, gooien, haard, horen, kaartspelen, kabinet, kapberg, kerel, klink, knecht, laten, middernacht, misdaad, nacht, ongemerkt, onherkenbaar, ontslaan, onvelig, openen, oplichten, oppakken, oprijden, opstaan, plan, plegen, plunderen, poort, portie, potig, praten, proberen, regelen, ruzie, slaper, soldaat, spelen, spreken, stad, standje, stelen, sterk, stro, sturen, takkebos, terugkomen, thuiskomen, tijdig, twaalf, uitstellen, uur, valse, verkleden, vertellen, vertrekken, vijf, vrijen, waarschuwen, wagen, wakker, zitten, zoon

Trefwoorden: aanleggen, arme, begrijpen, bekijken, braden, bruid, dagelijks, denken, dienst, dochter, ei, eis, eten, gebeuren, generaal, genodigde, goud, goudsmid, hart, huwelijk, knecht, koeherder, koning, kwajongen, leggen, lelijk, leven, lezen, maarschalk, meid, moeder, onbegrijpelijk, ondeugend, opklimmen, overschot, proeven, raadhuis, rest, ruiken, slachten, snuffelen, soldaat, stadhuis, straf, trouwdag, trouwen, verkering, vertrekken, vinden, vluchten, vogel, worden, zoon

Trefwoorden: aanhalen, afranselen, afspraak, afspreken, andere, beetnemen, begrijpen, bekijken, beleefd, big, boer, boor, bord, boven, deftig, doorlopen, drie, echtgenote, eten, eveneens, fout, gast, gat, gebraden, gebruiken, genoeg, glas, grote, halen, ham, heer, houden, jongen, kant, kelder, kind, kleine, knecht, koken, kraan, kwaad, leren, likeur, lopen, lusten, moot, ontvangen, oor, pekelharing, reden, rijtoer, rijtuig, schelvis, schreeuwen, slaag, tappen, twee, uitnodigen, varken, vat, vinger, vragen, vriendelijk, wijn, wraak, zeggen, zeug, zoon, zwijgen

Trefwoorden: afkijken, arts, beentje, benauwd, bord, botje, dokter, draaien, fortuin, genezen, huis, huren, irriteren, juffrouw, juis, keel, klisma, knecht, kopen, kunst, meisje, nemen, ontslag, oplossing, paard, patiënt, patroon, proberen, professor, rad van avontuur, remedie, schatrijk, snoeren, spaargeld, tegenstaan, uitvliegen, vertrekken, voorschrijven, wagen, weigeren, wereldberoemd, zenuwachtig, zenuwen

Trefwoorden: afkomen, akker, baas, boer, boerenknecht, klaar, knecht, land, liggen, lui, mest, mesten, mesthoop, standje, terug, toveren, waarschuwen, wegjagen, werk

Trefwoorden: achterste, alleen, antwoord, beetnemen, bijl, boer, boom, bos, brengen, consternatie, denken, dom, dood, doodgaan, drie, driemaal, echtgenote, ezel, grazen, hakken, heer, huis, jagen, knecht, lachen, lopen, meid, omvallen, ongemerkt, onmogelijk, rijden, schijten, slaan, steken, sterven, stok, thuiskomen, vallen, verstand, vinden, waarschuwen, weten, wijs, zeggen, zoeken, zwijgen

Trefwoorden: aanhouden, beest, boer, boven, brengen, dicht, dom, donker, dragen, drie, eerste, gat, gehucht, gesloten, halen, hek, hemd, hoed, hoofd, huis, irriteren, kermen, kijken, knecht, land, landhek, leeperd, lopen, luik, mensen, mes, onderen, ontbreken, open, oplossing, opschieten, paard, plank, poot, proberen, scheppen, schijnen, slaan, slimmerik, smeken, snijden, soebatten, stom, stommer, stommerd, teruggaan, terughalen, terugkomen, tillen, tweede, uithouden, venster, verschonen, verstandig, vertrekken, vervelen, vinden, vorderen, water, wonen, zaag, zagen, zelf, zon, zonzijde, zuchten

Trefwoorden: baas, betwisten, boer, brood, dreigen, elfde, gelijk, haas, hooibouw, hooitijd, kaas, kat, knecht, komen, koolraap, krijgen, liegen, meteen, noemen, ontslaan, schuur, vertrekken, waargebeurd, wegjagen, zeggen, zien, zwijgen

Trefwoorden: beloven, brengen, doodmoe, gewoon, hek, heks, kaars, kaasbalie, kaastobbe, kaasweeker, kerel, kleding, knecht, kol, land, last, licht, man, manen, middernacht, morgen, naakt, nacht, nachtgoed, nachtmerrie, ochtend, omgekeerde, ondervinden, overlast, paard, pakken, rijden, strengelen, toverij, twaalf, uitputten, uur, vader, verdwijnen, vluchten, waken, wegblijven, zetten, zitten, zweten

Trefwoorden: betekenen, brengen, dood, horen, knecht, man, omen, ongeloof, overboord, plek, schipper, spotten, stem, tijd, turf, turfschipper, vallen, verdrinken, voorloop, zee

Trefwoorden: brengen, dood, heenreis, horen, knecht, man, omen, ongeloof, overboord, plaats, schipper, spotten, stem, terugreis, tijd, turf, vallen, vertellen, voorloop, vragen

Trefwoorden: aaien, big, eten, glas, ham, heer, kind, knecht, likeur, maaltijd, pekelharing, rammel, rijk, rijkdom, schelvis, slaag, tappen, varken, varkenshoeder, vat, vinger, vlees, wijn, wijnkelder

Trefwoorden: arbeider, arts, boerderij, boot, dijkgraaf, dreilboom, gezondheid, handwerk, kloet, knecht, koeboot, koeien, koningin, mest, onderhoud, ontslag, paard, perceel, rekening, sloot, varen, wagen, waterschap, weiland

Trefwoorden: belofte, boer, domheid, donker, gat, hek, hemd, hoofd, hoofddeksel, huis, knecht, list, mes, ontslag, paard, snijden, terugkeren, venster, vertrekken, vervelen, water, zaag, zon

Trefwoorden: academie, betalen, boer, brief, burgemeester, domheid, examen, ezel, geld, grappenmaker, hoofdstel, kinderen, knecht, os, professor, school, studentengrap, studeren, studiegeld, universiteit, verdriet

Trefwoorden: achterwerk, bijl, boer, boom, bos, domheid, dood, ezel, geloven, gevaarlijk, grazen, heer, humor, knecht, lachen, ontlasting, profetie, roepen, scepsis, stok, vallen, vinden, waarschuwen, zoeken

Trefwoorden: alcohol, boer, boerenzoon, boor, brutaal, deftig, echtgenote, gat, geweld, ham, heer, jongen, kinderen, knecht, kraan, list, luisteren, pekelharing, rijtuig, schelm, schelvis, schreeuwen, tappen, uitnodigen, varkens, vinger, vis, vluchten, wijn, wijnkelder, wijnvat, woede

Trefwoorden: akker, baas, boer, boerenknecht, hekserij, knecht, kollen, kunsten, land, luiheid, mesten, mesthoop, ontslag, toverij, waarschuwen

Trefwoorden: boer, branden, domheid, eten, hannekemaaier, knecht, mes, mosterd, neus, pijn, proeven, snijden

Trefwoorden: bevelen, dame, diner, juffrouw, knecht, rekening, schuld, vapeur, winden

Trefwoorden: achtervolgen, arm, avond, bakker, beroven, beurs, denken, dief, eisen, geld, genezen, geven, gracht, handelen, handkar, heer, knecht, komen, kopen, krijgen, lenen, leven, mislukken, portemonnee, rare, rijk, roggebrood, sturen, tegenkomen, tegenstribbelen, timmerman, uithalen, uitnodigen, verkopen, vertellen, voorname, weglopen, werk, werkloos, ziek

Trefwoorden: aanbellen, aantrekken, bellen, bevallen, derde, dienst, dienstmeid, dochter, drie, echtgenote, gelukkig, goedspreken, heer, herkennen, hof, horen, huis, huwelijk, ja, jongste, kamer, knecht, knikken, leven, liefhebben, logement, logeren, meid, meisje, moeder, muziek, nee, ouders, piano, pianomeester, plagen, pop, reis, reizen, rijk, schoenpoetser, schudden, spelen, spreken, stad, straat, trouwen, uitkomen, vader, verhuren, verlegen, viool, voornamer, vragen, vriend, vrijer, wijzen, wonen, zingen, zoeken, zoon, zuster, zwerven, zwijgen

Trefwoorden: aandoen, aanwezig, achteruit, beroerte, bestelen, boosdoener, brutaal, emigreren, geld, geloven, gevangenis, geweten, gouden, handschoenmaker, horloge, kind, knecht, koffer, kwaad, logement, logeren, maand, nacht, onbekend, onderzoeken, oneerlijk, ongeloof, ongemerkt, onschuldig, openen, ophangen, opletten, opperste, opzetten, rechter, rechterstoel, rechtzaal, roepen, schaden, schrikken, schrobbering, schuldige, stelen, strafzaak, terug, terugbetalen, trouwen, uitbrander, uitleggen, uitspraak, uitstel, vak, vasthouden, veertien, verantwoorden, verdrinken, verschijnen, vinden, voorkomen, wegjagen, winkel, wreken, zaak, zeggen, zelfdoding