Bij iemand die stervende was werden de gebeden der stervenden opgelezen. Grootmoeder kreeg bij het tweede gebed der stervenden een brandende kaars in handen. Bij het overlijden van zijn vader ging de rozenkrans mee het graf in.
Gerrit vertelt aan iemand dat hij een mazzeltje heeft gehad: hij kreeg een maagdelijk boerinnetje in zijn bed. De vraag van de ander is dan natuurlijk hoe vaak hij haar 'gekust' heeft (waarbij ook andere aanrakingen mee bedoeld kunnen worden). Gerrit…
Een windbuil heeft maar een korte dienstbetrekking. Volgens het spreekwoord maakte hij het 'van eieren' (te bont), en als men gerechten met veel eieren maakt, dikken ze ook snel in.
Een dorpsgek heeft een gezegde: Wie goed doet, goed ontmoet. De man komt altijd om eten bedelen. Hij deelt dat dan vaak ook met anderen. Een vrouw is het gebedel beu en geeft de gek vergiftigd brood. De gek eet het echter niet op, maar geeft het weg…
Een heer had gasten en hij bracht ze wat wijn. De gasten zeiden dat hij wat van zijn eigen wijn moest proeven. Dat deed hij, en hij dronk het schoon op. Hij zei: "Het laken was zo taai, het wou niet scheuren."
In de visserij noemen ze een voorntje een koninkie. Deze vis verzamelt namelijk andere vissen om zich heen, zodat er een hele school ontstaat, waar hij de leider van lijkt te zijn.
Op een avond wordt een pastoor door een onzichtbaar iemand in het water gegooid. Op zijn gezegde dat degene die hem nat heeft gemaakt ook zal zorgen dat hij droog wordt krijgt hij van een onzichtbare heks te horen dat de volgende morgen zijn hemd aan…
Jezuïet tegen edelman: hoe komt het toch dat de keizers altijd zulke grote neuzen hebben? Edelman: dat komt omdat ze zich altijd blindelings door de Jezuïeten bij de neus laten nemen.
Een arrogante man vertelde vaak met trots dat een wijs man voor hem geweken was. Een ander zei dan dat deze wijze man het goede had gedaan, want men wijkt ook niet voor een varken, omdat deze een varken vuil zouden maken.
Melanchthon verbaasde zich over het feit dat een slechte predikant zoveel kinderen had. De predikant zei dat de slechtste timmerlui de meeste spaanders maakten.
De gebruikelijke reactie op: 'Je hebt een eigen hoofd, waar je mee moet leven.', is: 'Als ik geen eigen hoofd had, dan zou u mij het uwe niet willen lenen.'
Een priester probeerde tevergeefs een Moor te bekeren; zijn woorden gingen het ene oor in en het andere oor weer uit. De Moor zei dat ze het ene oor niet eens bereikten.
De Lorenois wilde graag dat hij in de adeldom verheven werd. De koning van Frankrijk wilde dat echter niet. Toen liet De Loreinois een van zijn kastelen vol (A) zetten en liet daar onder schrijven: ieder op zijn beurt.
Dominicus Baudius krijgt in tegenstelling tot de belofte van Prins Maurits een oude knol van de stalmeester, maar hij durft er niet over te klagen. Als hij met zijn paard op het Binnenhof komt kijkt hij het beest in zijn achterste. De prins vraagt…
Vanaf de toren van de Sint Bavokerk kan worden gezien of er onraad dreigt, waarna de poorten worden gesloten. Als de dreiging voorbij is, wordt met de vaan het onraad afgewimpeld.
Spreuk boven palingvlot van palingrokerij dat er eerst het leven is, dan de strijd en daarna de dood waarmee men alles kwijt is, is ontleend aan de namen van molens.