Visser klaagt dat hij altijd duivels kleine palingen vangt. Nadat hij een dikke paling met gloeiende ogen heeft gevangen, vist hij nooit meer, want de paling was de duivel.
Jan Hepkes had een geweer met een laadstok. Toen hij eens een koppel ganzen zag, schoot hij, zonder de laadstok er uit te halen. Die doorboorde de ganzen en het geheel viel in het water. Jan liep met zijn laarzen het water in, en toen hij aan de wal…
Stroper schiet op zes ganzen die worden doorboord door de laadstok. Hij moet door het water waden om ze te halen waarbij zijn laarzen vol aal komen te zitten.
Een neef, die schipper was, zag in een strenge winter een aal onder het ijs. Hij maakte een gat en de nog levende aal droeg hij om zijn hals. Even later bleek er een gans vast te zitten in het ijs. Ook die bevrijdde hij en gooide hem over zijn rug.…
Een man wil een stel ganzen schieten, maar heeft zijn laadstok laten zitten. Die boort zich door zeven ganzen tegelijk. Het geheel valt in een poel, en als de man erheen loopt om het eruit te halen, blijken zijn laarzen vol aal te zitten.
Een arme soldaat kwam op de markt en zag een verkoopster met paling. Hij had er trek in, maar had geen geld meer. Zij zei dat als hij een raadsel op kon lossen, hij ze van haar kreeg. Het raadsel was: hoe kwam het dat haar hoofdhaar grijs was, en…
Feitse was eens aan het baggeren.ZIjn laarzen voelden zo zwaar aan dat hij aan wal ging om ze uit te trekken. Ze bleken vol paling te zitten. Die waren uit de modder in de laarzen gekropen.
De bokkenrijders zijn onder te verdelen in drie bendes. Vooral in Limburg kwamen zij voor. In Bergen op Zoom waren ook groepen bokkenrijders, maar men zei dat ze uit Valkenburg kwamen en ze daar ook moesten worden opgehangen. Maar de rovers waren…
Maandag, negende kapittel. Jonge meisjes mogen geen schapenkoppen, hanenkammen of palingen eten omdat ze dan in onmin geraken bij Sint-Lupus. Omdat haar moeder het toch deed, heeft een van de vrouwen last van vaak op haar rug vallen, graag stoten en…
Sibe Veenstra staat te vissen bij Knjillisdiep en heeft genoeg gevangen. Hij stopt en even verderop ziet hij wat Groningers vissen, die nooit beet hebben. Sibe doet het en het is meteen raak. Hij krijgt de vis echter niet zonder hulp uit het water en…
Een man schoot eens een gans neer. Hij ging door de sloot om de gans te pakken. De gans was op drie patrijzen terecht gekomen, dus die nam hij ook mee. En toen hij weer terugging door de sloot, kwamen zijn laarzen vol paling te zitten.
Men zei vroeger wel: "Hij kan liegen als Feitse Brants."
Feitse Brants zou op een keer met zijn laadstok op vijf ganzen geschoten hebben, en ze alle vijf eraan geregen hebben. Ze vielen in de poel. Toen hij ze daaruit haalde, raakten zijn laarzen…
De vader van Simen Wybenga is schoolmeester in Eastemar en heeft een keer gezien dat een ooievaar aan de kant van de vaart staat die een aal oppikt, maar de aal komt erachter weer uit. Vervolgens wordt de vis weer opgegeten en komt er nogmaals achter…
Symen Wybenga wil over de vaart springen, maar de stok breekt af. Hij landt met een been op het land en de andere komt in het water terecht. De laars die in het water staat komt vol met aal te zitten.
Jan Hepkes schiet met een loodstok op ganzen en pakt er vijf, maar ze vallen in de poel. Als Jan de ganzen uit de poel haalt, zitten zijn laarzen ook nog vol met aal.
Jan Wouda schoot eens op een paar ganzen, maar was vergeten de laadstok uit zijn geweer te halen. Omdat de ganzen netjes op rij vlogen, raakte de laadstok er wel zeven, die allemaal zo uit de lucht in een laag water vielen. De man ging het water in…
De nachtmerrie is zo glad als een aal. Op een keer sprong de nachtmerrie een man op het lichaam. De man pakte de nachtmerrie, maar deze gleed hem als een aal door de handen.
Een goddeloze, wrede visser wilde eens een aal vangen die zo groot was als hij nog nooit had gezien. Toen hij zo'n aal ving, was het de duivel. Later is de visser gevonden met het hoofd omgedraaid.