Twee knechten hadden een laken over zich heen gehangen en een ketting aan het hek vastgemaakt. Toen de boerin terugkwam van de winkel, waar ze een hoed was gaan kopen, schreeuwde ze: "Moord!" Ze dacht immers dat ze twee echte spoken zag. De twee…
Noë V.D.B. kwam terug van Tongeren, waar hij een inbraak had gepleegd. Hij had zijn slachtoffer de voeten afgesneden en de hoed van de man gestolen. Omdat Noë twee hoeden op zijn hoofd had, wekte hij argwaan bij de politie. De rover kreeg niet meer…
Twee jongens die terugkwamen van de kermis in Buggenhout, zagen bij de kapel in het bos een mooie dame met een hoed staan. Omdat de jongens al een glas hadden gedronken, waren ze niet bang en stapten naar de dame toe. Ze namen haar hoed af en liepen…
Een familie verbleef tijdens de oorlog in een ander huis. De kinderen die op de zolder sliepen, zagen 's nachts altijd een man met een grote hoed en een lange baard verschijnen. Toen de vader de vreemde verschijning ook zag, was hij zo bang dat hij…
Tussen Ramskapelle en Westkapelle stond een boerderij waar een vrouw woonde, die kon toveren. Op een dag ging een winkelierster hoeden naar Ramskapelle brengen. De winkelierster raakte echter verdwaald en belandde opnieuw in Westkapelle. De…
Als een Duitse schaper ergens geen eten kreeg, dan gooide hij zijn hoed tegen de deur, waardoor de deur voor hem werd geopend. Wat Duitse schapers niet konden, was twee dwarse grendels openmaken.
Bakelandt had zich verkleed als een oude man met een hoed op zijn hoofd. Toen enkele schoolkinderen stenen naar zijn hoed gooiden, liep hij achter de kinderen aan. Later werd de bendeleider opgepakt in één van de kleine Bakelandthuisjes in Ichtegem.
Een Duitse bisschop die wilde weten wat voor weer het zou worden, ging te rade bij een Duitse schaper. De schaapherder sprak tot de geestelijke: "Als ik wil dat het slecht weer is, dan wordt het slecht weer. Als ik wil dat het mooi weer is, dan wordt…
Drie mannen die terugkwamen van de kermis in Zolder, wandelden door het Vogelsangbos. Eén van de mannen zei: "Frisse, geef mij je hoed eens, dan zal ik erin plassen". Een andere man was stiekem verdergelopen en stak zijn hoed van achter een struik…
In Beigem kwam vaak een leurder met een grote hoed, die de mensen bang maakte door te zeggen dat hij mensen zou betoveren als ze niets van hem kochten.
De bokkenrijders waren rovers die rondreden met een grote zijden hoed op hun hoofd. De rovers verbleven in onderaardse gangen in Gestel. De bokkenrijders waren moeilijk te volgen omdat ze hun paarden achterstevoren besloegen.
Een man met een bolhoed kwam 's avonds terug van het café, toen hij plots een dwaallichtje zag vliegen. Toen de man het lichtje wilde pakken, vloog zijn bolhoed opeens wel driehonderd meter ver tot in het Ruiterskoet.
In de Maurice Dewulfstraat zouden ooit een dame en een heer hebben gewoond. Om middernacht zagen de mensen uit het dorp de heer verschijnen in een zwart maatpak en een hoge zijden hoed. De dame droeg een lange jurk. Arm in arm zweefden de dame en…
Uilenspiegel besloot twee Joodse kooplui eens een peer te stoven. Nadat Uilenspiegel iets had geregeld met een cafébaas, ging hij met de twee joden naar het café. Nadat de mannen gedronken hadden, nam Uilenspiegel zijn hoedje van zijn hoofd en zei:…
Een man wandelde om elf uur 's avonds door het bos naar huis. Nadat de man zijn weggevlogen hoed had opgeraapt, kon hij zich plots niet meer oriënteren. Hoewel de man slechts honderd meter van zijn huis verwijderd was, raakte hij verdwaald. De…
Hang Jozef woonde bij de spoorweg in de buurt van Henis. Die man kon toveren omdat hij met de duivel omging. Zo kon Hang Jozef bijvoorbeeld horloges maken uit stro. Hij kon ook kikvorsen toveren en de dieren even later laten veranderen in heren…
Frisse, die bij de dikke bomen op de Bolderberg begraven lag, kwam spoken bij Vogelsang. Enkele mannen die terugkwamen van de kermis in Bolderberg, zeiden: "We gaan eens langs Frisse". Toen de mannen daar aankwamen, zei één van hen: "Frisse, geef…
In Wijtschate woonde een dokter die altijd een grote hoed en een brede mantel droeg. Die man bezat toverboeken. Wanneer de kinderen met hem spotten, deed hij hen ter plekke stilstaan of zorgde hij ervoor dat ze hun weg niet meer vonden. Op een dag…
Een jongen die in Ieper een hoed was gaan kopen voor zijn huwelijk dat de volgende dag zou plaatsvinden, raakte verdwaald op de weg van Ieper naar Zonnebeke. Pas bij het ochtendgloren kon de jongen zich weer oriënteren.
Enkele mensen die op een vlasschaard aan het wieden waren, zagen een man uit Esen, die over bijzondere krachten beschikte. Toen de onderpastoor voorbijkwam, deed de man uit Esen zijn hoed groeien tot die wel een halve meter hoog was. Een tijdje later…
In Bogaarden woonde een vrouw die zich vreemd gedroeg en er daarom werd van verdacht een toveres te zijn. Wanneer ze 's avonds op pad was, droeg die vrouw een hoed.
Twee vrouwen waren samen naar de kermis geweest. Eén van de vrouwen had daar gedanst met een heer die een hoge zijden hoed droeg. Na afloop van de dans wilde de heer met de vrouw meegaan, maar de vrouw was met haar klompen in de hand weggelopen. Toen…
Een kleermaker die duivel noch hel vreesde, was getrouwd met een brave vrouw. De man droeg altijd chique kleding en bruine schoenen, iets wat voor die tijd uitzonderlijk was. Met een mooie hoed, een mooi pak en een wandelstok ging de kleermaker naar…
De familie M. maakte hoeden. Op een avond waren de vrouwen nog laat bezig met het tooien van enkele hoeden voor een begrafenis, toen ze plots wondermooie muziek hoorden. Toen ze naar buiten gingen om beter te kunnen luisteren, merkten ze dat het…
Bij een boer in Ijvegem stonden meer dan twintig hooimijten. De boer was aan het werk met zijn knechten en meiden, die een zonnehoed droegen. Opeens verscheen de Varende Vrouw, die het hooi hoog in de lucht deed vliegen. De boer heeft dat hooi nooit…