De mensen geloofden dat op 't Hoge Bus ooit een kasteel was verzonken. Iemand had in een molshoop een geldstuk gevonden en besloot dat de mol het geld met opzet naar boven had gewroet. Sommige mensen concludeerden daaruit dat er nog meer geld…
Een doodkaars was een lichtje dat men in de verte zag branden. Het was de geest van een dode die terugkwam. Als men naar een doodkaars wees, dan vloog ze tegen het raam. De pastoor kwam doodkaarsen overlezen.
In Assebroek brandde altijd een lichtje in het bos. De mensen waren bang voor dergelijke lichtjes, die ze doodkaarsen noemden. In werkelijkheid werd het licht veroorzaakt doordat enkele grapjassen een kaars in een raap hadden geplaatst om de mensen…
Op een boerderij op de Kasteelberg werkte een knecht die spotte met doodkeersen. Een man die daar werkte, sprak tot de knecht: "Je mag daar niet mee spotten, je zou dat beter met rust laten!" De knecht nam dat advies echter niet ernstig. Toen hij die…
Een doodkaars was een uitgeholde raap met een kaars erin. Soms zwaaide men ook heen en weer met een stok waarop men een zwijnenblaas had gestoken. Bij de Watermolen werd een jongen bang gemaakt door dergelijke grappenmakers.
Bij een es op een boerderij zag men een doodkaars heen en weer dansen. Als er iets terugkeerde, dan was dat een teken dat op die plaats geld begraven lag.
Als men naar een doodkaars had gewenkt, dan kwam de kaars dichterbij. Als men dan niet snel weg was, dan kreeg men een slag waar men duizelig van werd.
Een man die in een molen aan het werk was, wenkte tegen beter weten in naar een doodkaars. Toen het lichtje even later dichterbij kwam, vluchtte de man naar binnen en sloeg de deur dicht. De doodkaars brandde een handafdruk in de deur.
Twee jongens die op een avond zaten te wachten tot hun ouders thuiskwamen, zagen een doodkaars ronddwalen. Zodra de oudste jongen naar de doodkaars had gewenkt, was er een luide bons op de deur te horen. De volgende dag stond er een hand in de deur…
Een doodkaars was een kaars met stralen die zo groot was als een hand. Een man die op een avond onderweg was, zag licht in een weide en dacht bij zichzelf dat één van zijn vrienden daar nog aan het werk was. "Goedenavond" zei de man. Het volgende…