Enkele mannen gingen wat fruit plukken in de boomgaard van een afgebrande boerderij. De mannen besloten wat te gaan slapen in de hooischuur. Eén van de mannen zat daar een blauw jasje liggen en raapte het op. Even later rolde er iets uit het…
Een boer zat in zak en as omdat zijn boerderij na een blikseminslag was afgebrand. Een tovenaar die de boer zo bedroefd zag zitten, sprak tot hem: "Als je mijn raad opvolgt, dan zal je weer zover staan als vroeger. Kom morgenavond naar mij toe en dan…
De meeste bokkenrijders kwamen uit Valkenburg. In Wellen hebben de bokkenrijders verschrikkelijke misdaden begaan. De mensen kregen soms tot driemaal toe een dreigbrief van de bokkenrijders. Wanneer men de rovers geen geld gaf, kwamen ze iemands…
Op de helling van de Tiegemberg kan men nog steeds kasteelruïnes zien staan. Het kasteel dat daar vroeger stond, werd tijdens de eerste wereldoorlog vernield door een brand.
Vroeger zou in dat kasteel een ridder hebben gewoond, die Tiegem zijn naam…
In Loon kregen de mensen soms dreigbrieven van de bokkenrijders. Als die mensen het geëiste geld niet op de aangegeven plaats gingen leggen, stond hun huis de volgende dag in brand.
Een wever beweerde dat hij met de duivel omging en dat hij al in de hel was geweest. Omdat de man over bijzondere krachten beschikte, kon hij uitzonderlijk goed weven.
De man woonde in een tweewoonst. Toen hij ruzie had met zijn buur, zei de wever:…
Een kapelaan had voorspeld dat er de komende honderd jaar in het dorp geen enkel huis zou afbranden door een blikseminslag. De geestelijke kreeg gelijk.
Op een dag liep een man van de bende van Vaajer Miekes voorbij een boerderij te mompelen: "Dat is een goede boer, maar het zal niet lang meer duren." Iemand had de man afgeluisterd in het korenveld. Enkele dagen later brandde de boerderij helemaal…
Een boerderij was door een blikseminslag in brand gevlogen. De onderpastoor kwam naar de boerderij en deed de wind draaien om te verhinderen dat het gebouw zou afbranden.
In Opgrimbie woonde een rijke man met een lange baard, die nooit naar de kerk ging. De man woonde in een vervallen huis dat uiteindelijk is afgebrand. Achter het huis van de man stond een vlierbessenstruik. Op een dag zagen twee jongens een duivel…
In Noordschote had men laten weten dat een bepaalde boerderij zou afbranden. Op die boerderij had men nochtans gevaarlijke honden. Diezelfde nacht brandde de boerderij helemaal af. De honden waren opgehangen aan de hekken.
Tijdens de tweede wereldoorlog wandelden enkele jongens naar school. Onderweg lachten de jongens met een Duitse schaper die daar stond. Daarop toverde de schaapherder muizen die over de rug en de nek van de jongens kropen. Even later deed de herder…
Een meisje van twintig jaar had zich door het lezen van een boek aan de duivel overgegeven. Wanneer het meisje in haar bed lag, begon ze vaak te roepen: "Daar zijn ze weer!" De anderen konden dan niets zien, maar ze hoorden wel vreemde geluiden. …
Twee zonen die voor pastoor studeerden, gooiden hun kap over de haag met de woorden: "Vooraleer de boerderij van onze vader brandt, zijn wij al in Cadzand!"
In 1925 ging een man naar Frankrijk om daar een boerderij te beginnen in een oud klooster met de naam 'Font-Ogée'. Over dat klooster vertelde men: "Á Font-Ogée il y a des trésors cachés". Een vrouw uit de buurt voorspelde dat de man nooit geluk zou…
In een boerderij in Westvleteren was brand uitgebroken. De boerderij brandde helemaal af, maar het Mariabeeld dat die mensen ooit in Lourdes hadden gekocht, bleef onbeschadigd.
In Poperinge stond een molen die betoverd was. Wanneer men graan wilde malen, werkte de molen negen keer op tien niet. Uiteindelijk heeft men de betoverde molen in brand gestoken.
In Donk stond een blauwe schuur die meermaals is afgebrand. De duivels bouwden de schuur 's nachts telkens weer op omdat de bewoners hun ziel hadden verkocht.
In 1917 stond in een dorp een huis in brand. Het aanpalende huis had een grote zolder waar berkenhout opgeslagen lag. De pastoor haalde zijn boekje boven, maakte een beweging met zijn hand en zorgde ervoor dat de vlammen het aanpalende huis niet…
In het Schulebroek liep een vuurman rond, die de mensen achtervolgde. In de poort van de 'donkere hoeve' stond een hand gebrand. Die hoeve is vroeger een keer afgebrand.
Bij de Brulmolen langs de beek zaten vaak hazen in hun poten te klappen. "Dat is geen goed teken", zei de molenaar. Een tijdje later brandde de Brulmolen af.