Op een boerderij in Sint-Baafs-Vijve lagen de koeien altijd dood. Omdat op de boerderij altijd vreemde dingen gebeurden, ging de boerin op een zondagochtend te rade bij de pastoor. De boerin vertelde de geestelijke dat er twee paarden met een bel op…
Op het Munnikenhof in Heks had een meid zich opgehangen. Men vertelde dat het meisje na haar dood terugkwam om te spoken. Rikus de M. zag op een dag katten met belletjes, die hem volgden tot aan het eerste huis van Bommershoven. Omdat de duivels…
Theo P. ging samen met Tinus P. en Martin K. op strooptocht in Heks-bos. Opeens hoorden de mannen een belletje rinkelen, hoewel er niets te zien was. Het was een heel ander geluid dan dat van de flessen die de kasteelbewoners in de bomen hingen om…
Kludde was een dronkaard die waggelend rondliep.
Een vrouw die een muts met belletjes droeg, schrok van het gerinkel van de belletjes tijdens het lopen en was doodsbang.
Een man en een vrouw gingen op bedevaart naar Scherpenheuvel omdat ze na vier jaar huwelijk nog steeds geen kinderen hadden. Toen de man en de vrouw voorbij het huis van een heks kwamen, hoorden ze opeens een belletje dat hen volgde tot bij een…
Op een dag ging een man samen met zijn vriend Schoof met paard en kar naar Luik. Op de weg naar Koninksheim bleef het paard plotseling staan. Van middernacht tot één uur bleef het paard onbeweeglijk. Ondertussen hoorden de twee mannen een belletje…
In Alken verscheen tussen middernacht en één uur altijd een zwarte hond die een ketting met belletjes rond zijn hals droeg. Na een jaar of zeven waren er drie mannen die dapper genoeg waren om het vervelende dier eens flink aan te pakken. Toen de…
Een man die op een koude winteravond naar huis wandelde, hoorde bij de beek een belletje rinkelen. Even later zag de man een grote zwarte hond met een rammelende ketting aankomen. De man vermoedde dat de hond het spook van de drossaard was, dat…
Doodkaarsen waren elektrische lampjes die door grapjassen in de mond werden gestoken.
Bij een haag in Poperinge werd ooit een man uit West-Vleteren betrapt, die er met een laken over zijn hoofd en een belletje in zijn hand ging spoken. Sommige…
Een man die terugkwam van Vlijtingen, werd bij de beemd gevolgd door een haas met een belletje om de hals. Toen de man thuiskwam en de deur opendeed, was de haas veranderd in een hond met vlammende ogen. Het was een weerwolf.
In de buurt van het huis van M. hoorde men in een weide altijd een belletje rinkelen. Omdat het geluid zo mooi was, noemden de mensen het 'Gods schel'. Nadat Leen de pastoor over dat gerinkel had verteld, trok de geestelijke op een avond met een…
Waar nu het dorpje Gotem ligt, was vroeger een groot bos, dat men het Appelarenbos noemde. Iedereen wist dat in het Appelarenbos geesten ronddwaalden. De grote geest Mjas was hun meester. Er werd verteld dat de geesten 's nachts uit het bos…
In Beringen speelden de drie broers V.H. voor weerwolf. 's Avonds trokken ze een vel aan en hingen ze belletjes van een paard om hun nek om de mensen bang te maken.
In Bogaarden woonde een smid die 's avonds vaak met een belletje onder zijn mantel langs een afgelegen weg ging zitten. De mensen die van de steengroeve kwamen, durfden daar niet voorbij te gaan een liepen weg.
Bij de brug in Guigoven spookte het. Om één uur 's nachts hoorden de dorpsbewoners altijd gerinkel van belletjes. Er kwamen dan twee geesten voorbij, die gekleed waren als pastoors, en in de richting van Vliermaal gingen.
Een man die 's avonds om tien uur altijd ergens naartoe ging, wekte de achterdocht van zijn vrienden. Op een avond volgden zijn vrienden de man tot in het bos, waar ze hem konden bespieden. Bij het heldere maanlicht ging de man door een gracht naar…
Rond de Keibeek tussen Reningelst en Poperinge zag men 's nachts een paard zonder kop, terwijl men bellen hoorde rinkelen. Een dappere meid beweerde dat ze niet bang was om 's nachts naar de Keibeek te gaan. Een knecht besloot zich te verkleden met…
Toveressen hingen soms ergens een belletje aan een koord, zodat ze vanop afstand aan het koordje konden trekken, waardoor de mensen bang waren voor het geluid dat uit de haag kwam.