Je moest ’s nachts niet midden op de weg lopen, want dan kon je tegen een lijkwagen aan botsen. Dat overkwam Berend die dronken op weg was naar huis. Hij raakte gewond aan zijn been en heeft daar de rest van zijn leven last van gehad. Niemand kon…
Een boer uit Schapenbrugge kwam na de middag terug van de hoogmis in Westkapelle. Onderweg kwam de boer twee zussen tegen, met wie hij een praatje maakte. Toen er een dronkaard voorbijkwam, begonnen de zussen de man uit te lachen. Daarop sprak de…
Een man en een vrouw verdienden hun brood met het poetsen van toiletten. De man werd vervolgd voor hekserij en de vrouw werd beschuldigd van moord op haar jongste kind, wiens lijk ze in een holle boom zou hebben verstopt. De man en de vrouw werden…
Een man die op een avond twee uur later dan normaal thuiskwam, sprak boos tot zijn vrouw: "Ik heb twee uur rondgedoold en ik kon mijn huis niet vinden! Toen ik bijna op mijn bestemming was, werd ik weggetrokken door de kwade hand. Roeschaart heeft…
Op een afgelegen boerderij werkte een knecht die op een avond dronken door het Tangebos in Grimbergen wandelde. Enkele vrienden hadden besloten om die man een poets te bakken. Toen de man in het midden van het bos was, hoorde hij plots een ketting…
Een man die dronken naar huis wandelde, zag een doodkeers. Toen de man naar het lichtje probeerde te slaan, viel hij tot tweemaal toe op de grond. De volgende dag rook de man naar wierook. Zijn vrienden gaven hem de raad om de volgende keer iets…
Bij de Zes Wegskes aan het einde van de Krogstraat was een kruispunt waar vaak vreemde dingen gebeurden. Er was daar ook een graf van een officier uit het leger van Napoleon. Een man die bij regenweer in het donker terugkwam van een bezoek aan zijn…
Op het kerkhof van Kester of Leerbeek zat een geest, zo vertelden de mensen. De dronkaards die altijd tot een gat in de nacht zaten te kaarten, schrokken zich haast dood toen ze de spookverhalen hoorden. De pastoor ontdekte dat het ‘spook’ een uil…
Vrijmetselaars vergaderden in een grote zaal waar geen ramen waren. Ze droegen dan een klein metselaarsschortje en hadden ook al het gereedschap van metselaars, maar dan in het klein. In plaats van een kruisje droegen de vrijmetselaars een sleutel om…
In Sint-Joris-ten-Distel liep 's avonds een dronkaard rond, die een stem hoorde roepen: "Waar moet ik dat doen, waar moet ik dat zetten?" De volgende dag vertelde de dronkaard alles aan de pastoor, die zei: "Als je zondagavond naar huis gaat, dan…
Een dronkaard uit Bogaarden die naar Heikruis is verhuisd, was 's avonds erg bang. Toen de redemptoristen ter gelegenheid van de missie tien dagen in Heikruis verbleven, werd de dronkaard het slachtoffer van farçeurs, die met een laken over hun hoofd…
Dronkaards die op hun weg naar huis zeiden: "Osschaart kan mij niets doen" belandden in een waterput. Als men zei: "Ik ben niet bang voor Osschaart", dan verscheen de plaaggeest en liet zich dragen.
Een vrouw ging om zes uur 's avonds haar man zoeken, die na de hoogmis op café was gegaan en wellicht dronken was. Onderweg zag de vrouw een oud dametje zitten, dat bij de gevel van haar huis zat te huilen omdat haar man nog niet terug was van de…
Een man ging iedere donderdag met zijn vriendin naar de markt in Staden. Omstreeks drie uur na de middag kwam het tweetal thuis. Op zekere dag was de man een beetje dronken bij zijn thuiskomst, waardoor zijn moeder boos werd op de moeder van zijn…
In Laakbos hoorde een dronkaard een spook roepen: "Waar moet ik het laten, waar moet ik het laten?" Toen de dronkaard antwoordde: "Leg het waar je het gehaald hebt!", antwoordde het spook: "Ik bedank u honderdduizend maal!"
Enkele mannen en vrouwen uit Diepenbeek hadden de gewoonte om 's avonds te kaarten. Na afloop van het spel ging het gezelschap dronken naar huis. Toen Pauline op een avond aan het kaarten was, voelde ze een grote zwarte hond tegen haar benen…
In Beert woonde een jongen die niet kon lopen of spreken. Iedere nacht hoorden de ouders dat jongetje huilen, maar ze wisten niet wat de oorzaak was. Bij die mensen kwam vaak een man met wol leuren. Die man had voor pater willen studeren, maar had…
Een man die in en huisje van takken en leem woonde, had altijd een fles jenever bij zich, wanneer hij bij een dode moest waken. Wanneer hij halfdronken was, kon de man de stank beter verdragen. Een grapjas had een koord rond de doodskist gebonden…
Kludde was een dronkaard die waggelend rondliep.
Een vrouw die een muts met belletjes droeg, schrok van het gerinkel van de belletjes tijdens het lopen en was doodsbang.
Een man vond het vreemd dat zijn vrouw en zijn dochter 's avonds altijd weg waren. Op een dag deed de man alsof hij dronken aan tafel in slaap was gevallen. Toen de vrouw binnenkwam, wilde ze er zeker van zijn dat haar man werkelijk sliep. Daarom…