Een heks die bij de schoenmaker haar schoenen had laten herstellen, moest teveel betalen. Daarop blies de heks naar de schoenmaker, wiens gezicht wit werd en veel pijn deed.
De alvermannetjes kwamen bij de mensen de was doen in ruil voor voedsel. Als de alvermannetjes merkten dat ze bespied werden, zeiden ze: "Buiten brandt een kaars". Daarna bliezen de dwergjes de nieuwsgierige de ogen uit.
Nier en Mie gingen in de kapel van Membruggen bidden ter genezing van hun tandpijn. Opeens zag Nier dat er een heks achter hen stond. Het was een vrouw van de familie Meumerke. De heks leek te zweven en ze blies over de twee biddende vrouwen heen.…
In de buurt van Rukkelingen was de bende van de Bolleberg actief. Onder leiding van 'Devillez V.D.B.' gingen de rovers overal stelen. Devillez had altijd een fluitje bij zich, waarmee hij zijn honden kon doen komen. Op een dag slaagde de politie…
De pastoor van Ketsingen had een varken geslacht en wist niet wat hij met al het spek moest doen. "We zullen het spek in een kuip op de zolder zetten", zei de koster. Een tijdje later ging de pastoor eens kijken op de zolder en sprak tot de koster:…
Op een boerderij in Poperinge verbleef een schaapherder die kon toveren. De schaapherder kon een andere herder uit de buurt verhinderen om met zijn schapen te vertrekken. Door op een speciaal fluitje te blazen, kon de schaapherder zijn schapen ook in…
Toen L. op een nacht naar Hasselt ging, zag hij onderweg een spook in de gedaante van een pastoor die hem in zijn nek blies. Dat spook kwam altijd uit de 'vishoek'. De man was zo geschrokken dat men hem een borrel moest geven.
Een jongen kon muisjes maken en de dieren laten rondlopen door ze tegen het achterste te blazen. Nadat de pastoor bij de jongen was geweest, kon deze laatste geen muisjes meer maken.
Een man die een parel op zijn oog had, ging zich laten overlezen door een gebedsgenezer, aangezien de dokter geen raad wist. Nadat de gebedsgenezer op het oog had geblazen, zei hij: "Zou je nu geloven dat ik in de verkeerde richting geblazen heb!"…
In Elsegem stond vroeger een molen. Wanneer het verschrikkelijke stormde, hield Lange Jeanne de wieken van die molen vast, zodat ze niet draaiden. Wanneer het windstil was, blies Lange Jeanne zo hard dat de molen op zijn grondvesten daverde.
Een schaapherder hing een laken over zich heen en liep op handen en voeten rond, terwijl hij blies op een fluitje dat een schaapachtig geluid maakte. Zo maakte de schaapherder de mensen bang en sprong hij soms voorbijgangers in de nek.
Enkele visserskinderen maakten in de catecheseles muizen uit klei. Nadat ze op de muizen hadden geblazen, liepen de dieren weg. "Wat doe je daar? Doe dat nog eens!", zei de pastoor. Bij de vierde poging konden de kinderen geen muizen meer maken.
Een jongen die in een speciaal boek had gelezen, maakte op school muizen uit een handvol aarde. Op een dag nam de onderpastoor de toverkracht van de jongen weg.
Een schoenmaker werkte als tuiter bij de Sint-Bertinuskerk. Ieder uur ging de schoenmaker bij drie hoeken van de kerk op de hoorn blazen. Op een dag vroeg iemand hem waarom er op de vierde hoek van de kerk geen hoorn hing. Daarop antwoordde de man:…
In Overrepen woonde een jongetje dat muizen kon maken. Wanneer de jongen enkele kurken in zijn handen nam en er daarna over blies, verschenen er muisjes. Nadat de pastoor de jongen had overlezen, kon hij geen muizen meer maken.
In Knesselare liep een toveres rond, die de mensen kwaad wilde doen. Op een dag wilde de Duitse Schaper de toveres de duvel aandoen. Toen de heks op een fluitje blies, begonnen de schapen van de Duitse Schaper echter te dansen.
Een heks kwam bij een schoenmaker haar herstelde schoenen halen. Toen de heks moest betalen, blies ze de schoenmaker in het gezicht totdat de man helemaal zwart werd en veel pijn had.
Als het warm was, mocht men nooit zeggen: "Die wind doet deugd", want dan zou de Varende Vrouw verschijnen en zand blazen in het gezicht van de persoon die dat had gezegd.
Tijdens de Franse Revolutie kwam men bij een Duitse schaper het graan in beslag nemen. Toen de schaapherder op zijn toverfluit blies, werd de soldaat gedwongen om met de zak graan op zijn hoofd te dansen. Uiteindelijk moest de soldaat de schaper…
Een molenaarsknecht moest 's avonds vaak bij een boer gaan helpen wanneer er een veulen geboren werd. Bij het kerkwegje zag de jongen tot zijn grote schrik een begijn die haar hand op de haag legde en warme damp in zijn gezicht blies.