Bij een gezin in Steenhuffel had men achttien kinderen. Zeven kinderen stierven aan een ziekte die ze hadden gekregen nadat er een vrouw op bezoek was geweest. De man ging naar die vrouw en zei: "Jij mag nooit meer bij mij over de drempel komen, want…
De paters van Tollentijn hadden gehoord dat hun medepaters door een onzedige vrouw waren verleid. Eén van de oudste paters is dat klooster dan komen overlezen. Lange Jeanne werd verbannen naar een fles op de plaats waar ze de paters had verleid. …
In Emelgem was er veel kwaad. Op een dag zei de pastoor in zijn preekstoel: "Als dat hier niet verbetert, dan zal ik de boosdoeners eens bij naam noemen".
Een koster die om middernacht in zijn bed kroop, hoorde een geklop tegen de muur. In de overtuiging dat het zijn broer was, die in een aanpalende kamer sliep, besteedde de man geen aandacht aan het geklop. Omdat de man het geklop iedere avond hoorde,…
In Tielt woonde een geleerde man die in zijn boeken kon lezen wie iets had misdaan. Een bedelares die op een dag bij een boer langsging, werd boos omdat ze niets kreeg. Uit wraak legde de bedelares in iedere hoek van het erf een ei. Daarop zei de…
Op een dag zei de pastoor tijdens de preek dat de mensen achteraan in de kerk moesten ophouden met kwaadspreken. Sinds het bestaan van het Sint-Jansevangelie is er veel minder kwaad in de wereld.
Een soldaat logeerde bij mensen in Ruisbroek die een kind hadden, dat altijd ziek was een treurde. De dokters konden het kind niet helpen. De soldaat vroeg aan de mensen: “Is er niemand van de buren die een beetje vreemd doet?” Toen de mensen…
Bij een boer liep een man voor de grap rond met een laken over zijn hoofd. De mensen vertelden dat het spook de boer dwong om zijn geld af te geven, want dat hij anders mee moest gaan naar …
In Vlamertinge wandelde een moeder met haar kindje op haar arm. Het kindje keek over de schouder van de moeder. De moeder werd gevolgd door een vreemde vrouw, die het kind wellicht kwaad wilde doen. Gelukkig had een vrouw uit de buurt het gezien; ze…
Vroeger waren de kinderen bang voor de hotteman en de tenensnijders die hen zouden meenemen en hun tenen zouden afsnijden. De hotteman was een varkensstouwer.
In de kerk werden de kapmantels altijd in stukken gesneden. Op een dag zei de pastoor tijdens de preek: "Als dat nog één keer gebeurt, dan zal ik de boosdoeners eens bij naam noemen!"
Een pastoor die met zijn boek in de hand door zijn tuin wandelde, zag iemand die hem niet beviel en legde zijn boek tussen de takken van een boom. Even later wist de pastoor niet meer waar zijn boek gebleven was. Op zondag zei de pastoor tijdens de…
In Damme had een zeemeermin gezegd: "Als je me vangt, dan zal Damme in zee vergaan". Hoewel men de zeemeermin daarna toch had gevangen, is er niets gebeurd.
In Wulvergem was een achttienjarig meisje zwanger geraakt door een oude man die zijn reputatie moest hoog houden. De man bracht het meisje ergens onder tot de bevalling voorbij was en hij vertelde aan de mensen dat het meisje behekst was. De eerste…
In Roeselare woonden zeventien toveressen. Een geestelijke die bij de communiebank altijd door de toveressen werd geplaagd, dreigde hun identiteit bekend te maken in heel het dorp.
Een gevangen zeemeermin had gezegd: "Laat me leven, want als je me doodschiet, dan zal er welvaart zijn in Brugge. Als je me laat leven, dan zal Damme welvaart kennen". Men heeft de zeemeermin toch doodgeschoten.
Bij een gezin in Anzegem waren de kinderen ziek. Omdat de dokter niet kon helpen, liet men een pater komen. De geestelijke vroeg aan de mensen: "Komt hier soms geen vrouw langs?" Toen de mensen dat beaamden, zei de geestelijke: "Als die vrouw hier…
In de kerk zat een vrouwtje dat altijd naar de mensen spuwde. Toen de mensen dat aan de pastoor hadden verteld, sprak de geestelijke tot het vrouwtje: "Als je daar niet mee ophoudt, dan zal ik je naam eens bekendmaken!" Daarna deed het vrouwtje dat…
In de kerk werden de mantels van enkele mensen altijd stukgesneden. Op zekere dag zei de pastoor van op de preekstoel: "Als hier geen einde aan komt, dan zal ik de schuldigen bij naam noemen!" Daarna werden er geen mantels meer vernield.
Uilenspiegel liegt in een biecht dat hij met de meid van de priester naar bed is geweest. De priester vergeeft hem, maar schendt het biechtgeheim door de meid hiermee te confronteren en haar te slaan. Uilenspiegel dreigt aangifte te doen bij de…
Een echtpaar heeft veel kinderen en leeft in armoede. Als de man vroeg op pad gaat om werk te vinden met zijn kruiwagen, komt hij met veel kabaal langs het Minderbroederklooster. Hem wordt door de pater gardiaan gevraagd zich stil te houden omdat hij…