Wanneer iemand zich met een laken als spook had verkleed, geloofden de mensen dat er een dode was teruggekeerd omdat hij een belofte was vergeten na te komen of omdat hij moest boeten voor een zonde.
Na zijn dood kwam de drossaard spoken in de gedaante van een grote hond. Met een pen achter de oren ging het dier dan in een hoekje zitten. Toen een geestelijke de drossaard wilde verbannen, sprak het spook: "In je studententijd heb jij ooit een…
Met Allerheiligen zag men vaak dwaallichtjes ronddwalen. Dat waren de zielen van slechteriken die moesten komen boeten voor hun zonden. Een vrouw uit Oostende bad iedere avond opdat God die lichtjes zou komen oppakken.
Een man uit Helchteren riep de hele tijd: "Waar moet ik ermee blijven? Waar moet ik ermee blijven?" Een voorbijganger antwoordde: "Leg hem waar je hem gehaald hebt". Mensen die een zonde hadden begaan, moesten na hun dood terugkomen.
Tussen Oostnieuwkerke en Sleihage stond een boerderij waar vreemde dingen gebeurden. Om negen uur 's avonds begonnen de honden er te blaffen. De koeien stonden achterstevoren in de stal en de paarden klommen (?) naar hun ruif. 's Ochtends was er…
De gestorven rentmeester van het kasteel van Vogelsang kwam in het bos bij de brug over de beek spoken met koets en paard. Omdat de mensen bang waren voor het spook, hebben de geestelijken het verbannen.
Enkele mannen hadden in een café een weddenschap gesloten. Diegene die het hardst kon vloeken, zou de duivel zien verschijnen. Toen de man die het hardst had gevloekt uit het café kwam, zag hij een veulen. Het veulen ging met zijn voorpoten op de…
Sommige mensen sloten een verbond met de duivel, zodat ze zeven jaar lang veel geld kregen en allerlei doodzonden konden begaan. Die mensen moesten 's nachts rondlopen met een wolvenhuid en een wolvenkop. Als zo iemand stierf vóór die zeven jaar om…
Een man die bij de Planken Brug woonde, vloekte de hele tijd. Op een dag stak er plots een hevige wind op, waardoor iedereen naar binnen ging. Het volgende ogenblik lag er een grote hond op het dak van het huis waar de man woonde.
Enkele mensen zaten in een huis de rozenkrans te bidden, toen er plots een zwart hondje naar binnen kwam. Omdat het hondje driemaal rondliep, geloofden de mensen dat één van de aanwezigen een doodzonde op zijn geweten had. Omtreeks tien uur verliet…
Op Egelsberg tegenover Sint-Jansberg in Maaseik, lag het kasteel van Zilverkruus. In dat kasteel woonde vroeger een baron die zijn ziel aan de duivel had verkocht. Op zekere dag is het kasteel verzonken en is ook de baron in zijn paardenkoets in de…
Een man die niet naar de missie wilde gaan, kreeg van de paters te horen dat er iets ergs met hem zou gebeuren als hij niet naar de missie ging. De volgende ochtend lag de man dood in zijn bed. De paarden die zijn doodskist naar de kerk moesten…
De duivel was in de Dalemolen in Lauw gekropen. De molenaar haalde de pastoor, maar die slaagde er niet in om de duivel te verjagen. Uiteindelijk gooide men de duivel in de Jeker, maar omdat hij daar het rad van de molen tegenhield, moest men hem…
Tijdens de processie zat men in een café in Essenbeek te kaarten. Omdat de kaarters niet wilden ophouden met hun spel toen de processie voorbij het café kwam, zakte het gebouw in de grond. De schoorsteen bleef nog vele jaren zichtbaar. Als men bij de…
In een kasteel in Moorsele woonde een man die een zondig leven leidde. Omdat het kasteel verdoemd was, hoorde men er later paarden hinniken en deuren opengaan, hoewel er niets te zien was.
Op een dag zei een man: "Ik ben niet bang. Als er weer eens…
Enkele mannen en vrouwen uit Diepenbeek hadden de gewoonte om 's avonds te kaarten. Na afloop van het spel ging het gezelschap dronken naar huis. Toen Pauline op een avond aan het kaarten was, voelde ze een grote zwarte hond tegen haar benen…
In Muizen had een non het klooster verlaten om te trouwen en kinderen te krijgen. Na haar dood kwam de non 's nachts spoken omdat ze wilde dat men voor haar zou bidden. Het spook zei dan: "Wie het goed doet, zal het goed hebben".
Twee boeren die aan elkaar grenzende percelen grond hadden, waren jaloers op elkaar. De ene boer, die een gierigaard was, had de grenspaal verplaatst, zodat hij een groter veld had. Dat bedrog leidde tot ruzies en rechtzaken. Op een dag zag de andere…
In de Rechtestraat in Stokkem woonde een jood. Bij een man uit het dorp ging de jood altijd vee kopen. Toen er missie was in het dorp, sprak de man tot de jood: "Ik begrijp toch niet waarom jij nooit naar de kerk gaat". De jood ging altijd naar…
Elk jaar kwam de graaf van Bovelingen in de herfst spoken in de buurt van het kasteel. Wanneer het onweerde, vlogen de ramen en deuren van het kasteel open. De graaf reed dan met vurige ogen rond in een brandende koets met zwarte paarden. De graaf…